Philip wil voor het slapen gaan vaak nog even een boekje lezen. Bijvoorbeeld zijn boekje met cijfers. Er staat steeds op de linkerpagina een cijfer en op de rechterpagina een tekening met zoveel dingen. Eén ballon. Twee vliegers. Drie beren. Tot en met twaalf. (Ja, ik weet het. Tien, elf en twaalf zijn geen cijfers maar getallen.)
Hij kent de meeste cijfers al heel goed. Hoewel hij de 4 soms vijf noemt. En de 7 noemt 'ie vaak negen. Ik weet niet of hij zich dan echt vergist, of dat hij mij aan het plagen is.
Laatst liet ik hem zien dat je een cijfer ook kan omdraaien, door het boekje op z'n kop te houden. De 6 wordt dan een 9. Dat vond hij fascinerend. Hij ging het meteen met andere cijfers proberen. Hee, wat leuk, de 5 blijft een 5. Toen probeerde hij de 7, en hij riep meteen dat dat een L wordt. Maar dat de 3 een E wordt, daar is hij het nog niet helemaal mee eens.
dinsdag 27 mei 2008
zondag 25 mei 2008
Boze vogels
Ik had vorige week ruzie met een paar vogels. Eentje viel me zelfs aan.
't Gebeurde allemaal op de Maasvlakte, midden op de containerterminal. Er is daar een kantoortje, en daar had ik een vergadering. Dus ik parkeerde mijn auto op het parkeerterrein naast dat gebouwtje. Ik dacht nog, wat doen al die vogels hier. Die zaten een beetje te zitten op een grindstrook die daar als afscheiding is aangebracht.
Toen ik uitstapte werd het me snel genoeg duidelijk. Ze hebben daar nesten gebouwd, en ze zitten hun eieren uit te broeden! 't Is natuurlijk niet een goede omgeving voor je babies, met al die herrie en luchtvervuiling enzo, maarja, ze moeten toch wat.
Een paar uur later vertrok ik weer. Ik sprak nog wat kalmerende woorden tegen de vogel die het dichtst bij mijn auto zat, maar het mocht niet baten. Paniek en gekrijs alom. En één van de aanstaande ouders wist me zelfs nog op mijn hoofd te raken terwijl ik instapte. 't Was maar een zacht tikje, maar de bedoeling was duidelijk: ik moest weg. Nu meteen. En neem die stinkende auto mee.
't Gebeurde allemaal op de Maasvlakte, midden op de containerterminal. Er is daar een kantoortje, en daar had ik een vergadering. Dus ik parkeerde mijn auto op het parkeerterrein naast dat gebouwtje. Ik dacht nog, wat doen al die vogels hier. Die zaten een beetje te zitten op een grindstrook die daar als afscheiding is aangebracht.
Toen ik uitstapte werd het me snel genoeg duidelijk. Ze hebben daar nesten gebouwd, en ze zitten hun eieren uit te broeden! 't Is natuurlijk niet een goede omgeving voor je babies, met al die herrie en luchtvervuiling enzo, maarja, ze moeten toch wat.
Een paar uur later vertrok ik weer. Ik sprak nog wat kalmerende woorden tegen de vogel die het dichtst bij mijn auto zat, maar het mocht niet baten. Paniek en gekrijs alom. En één van de aanstaande ouders wist me zelfs nog op mijn hoofd te raken terwijl ik instapte. 't Was maar een zacht tikje, maar de bedoeling was duidelijk: ik moest weg. Nu meteen. En neem die stinkende auto mee.
Labels:
werk
zaterdag 24 mei 2008
Discworld compleet
Ik ben vandaag even naar de boekwinkel geweest. Om de ontbrekende acht of negen Discworld-boekjes te kopen. Ik heb er nu 27 verzameld. Dat zijn alle ‘normale’ boekjes. Voor zover je überhaubt van normaal kan spreken bij Discworld. Met ruim tien euro per stuk is het wel een forse investering voor iemand die normaliter geen boek meer leest.
Het was niet meer verantwoord om één stapel te maken, zoals eerder nog wel kon. En dat zou ook niet zo goed meer op de foto hebben gepast. Daarom staan ze nu in twee stapels opgesteld op mijn buro.
De boekjes bevallen me prima. Ik vond Sourcery (de vijfde) wat minder goed, maar nog steeds de moeite van het lezen waard. Wyrd Sisters is weer heel goed.
En nanske heeft al hints laten vallen dat ze er wel eens eentje wil lenen. Want zolang ze van M's willekeurige inkoopgedrag afhankelijk is kan ze ze niet in de goede volgorde lezen.
Het was niet meer verantwoord om één stapel te maken, zoals eerder nog wel kon. En dat zou ook niet zo goed meer op de foto hebben gepast. Daarom staan ze nu in twee stapels opgesteld op mijn buro.
De boekjes bevallen me prima. Ik vond Sourcery (de vijfde) wat minder goed, maar nog steeds de moeite van het lezen waard. Wyrd Sisters is weer heel goed.
En nanske heeft al hints laten vallen dat ze er wel eens eentje wil lenen. Want zolang ze van M's willekeurige inkoopgedrag afhankelijk is kan ze ze niet in de goede volgorde lezen.
dinsdag 20 mei 2008
Philip's oren
Het gebeurt de laatste tijd regelmatig dat Philip ons niet hoort. Als we hem iets vragen, of als we zeggen dat hij iets moet doen, of als we zeggen dat hij iets juist niet mag doen. Gelukkig is dat normaal gedrag voor een peuter. Hij hoort ons heus wel, hij negeert ons gewoon. Althans, dat hoop ik dan maar. Soms is hij wel heel volhoudend met dat negeren. Dan denk ik bijna dat hij ons echt niet hoort, dat er toch iets mis is met zijn oren.
Gelukkig zijn z'n oren prima in orde. Dat is makkelijk te bewijzen. Hij lust namelijk graag cola, maar dat mag hij niet (althans, niet zo vaak). Dus als ik een glaasje cola voor mezelf pak, dan doe ik dat in de keuken, en dan giet ik het bij voorkeur in een ondoorzichtig glas. Zodat Philip, in de huiskamer, niet op ideeën wordt gebracht. Want dan gaat hij zeuren. En dan moet ik wel weer heel opvoedkundig gaan doen enzo.
Maarja, een colafles zegt pfft als je 'm open doet. Als 'ie dat niet zegt dan is de cola niet meer lekker. En dat pfft, dat hoort Philip dus, he. Zelfs als er allerlei herrie in de huiskamer is. En dan roept hij meteen, heel vriendelijk, dat hij ook graag cola wil. Ik probeer het zo stil mogelijk te doen, heel langzaam de dop open draaien enzo, maar toch heeft 'ie het meestal wel in de gaten. Een hele geruststelling.
Gelukkig zijn z'n oren prima in orde. Dat is makkelijk te bewijzen. Hij lust namelijk graag cola, maar dat mag hij niet (althans, niet zo vaak). Dus als ik een glaasje cola voor mezelf pak, dan doe ik dat in de keuken, en dan giet ik het bij voorkeur in een ondoorzichtig glas. Zodat Philip, in de huiskamer, niet op ideeën wordt gebracht. Want dan gaat hij zeuren. En dan moet ik wel weer heel opvoedkundig gaan doen enzo.
Maarja, een colafles zegt pfft als je 'm open doet. Als 'ie dat niet zegt dan is de cola niet meer lekker. En dat pfft, dat hoort Philip dus, he. Zelfs als er allerlei herrie in de huiskamer is. En dan roept hij meteen, heel vriendelijk, dat hij ook graag cola wil. Ik probeer het zo stil mogelijk te doen, heel langzaam de dop open draaien enzo, maar toch heeft 'ie het meestal wel in de gaten. Een hele geruststelling.
Labels:
philip
zaterdag 17 mei 2008
De wegen in Laos
Er zijn prima wegen in Laos. En slechte wegen. En van alles daartussenin. Zoals beloofd vertel ik daar nu wat over. In de vorm van een fotoverslag.
De wegen in Vientiane (de hoofdstad) zijn redelijk goed. Het meeste is geasfalteerd en wordt goed onderhouden. Er staan zelfs vaak witte strepen en pijlen op, en ze hebben een stoep voor de voetgangers.
Maar niet álle wegen in Vientiane zijn geasfalteerd. Zo zag het er vier jaar geleden uit, toen we er in de regenperiode waren:
De doorgaande wegen zijn meestal van goede kwaliteit. Hier zie je er een op enkele tientallen kilometers van de hoofdstad. Je kan ook zien dat de afslagen meteen weer kleiwegen zijn.
Die kleiwegen zijn meestal ook goed berijdbaar. Maar daar kunnen ook behoorlijk grote gaten in zitten, zeker in het regenseizoen. Gelukkig waren we er dit keer niet in het regenseizoen.
Dan gaan we naar het noordoosten van Laos. Het is daar bergachtig. De wegen zijn dan ook al gauw bergwegen. En over het algemeen prima berijdbaar.
Maar het is niet altijd zo mooi. De asfaltweg die van Sam Neua naar Vietnam gaat was vier jaar geleden nog prima in orde, maar nu zitten er regelmatig gaten in. Blijkbaar doen ze hier niet zoveel aan onderhoud.
Een afslag van die weg gaat naar Ban Lao. Vier jaar geleden was het vanaf daar nog een modderig bergpad (van wel 70 km lang). Ze waren wel al hard aan het werk om er een behoorlijke weg van te maken. We moesten toen nog een tijdje wachten omdat ze net de berg aan het opblazen waren:
Hieronder zie je diezelfde weg, ook vier jaar geleden, zoals die toen op z'n best was. Er was een oude Chinese vrachtwagen kapot gegaan, op één van de vele plaatsen waar je elkaar niet kan passeren.
Maar nu is dat bergpad veranderd in een prima asfaltweg! Helaas bleek de ondergrond en de rots op sommige stukken niet zo stabiel. Hier was een stukje weg in de rivier gezakt:
Dan de wegen in en bij Ban Lao (jawel, meervoud: er zijn 2 wegen). Ban Lao is een dorpje van zo'n 70 huizen, die voor het grootste deel langs één weg staan. Een modderweg. Gelukkig gaat er niet zoveel verkeer over. Vooral voetgangers en brommertjes. En natuurlijk allerlei vee.
Aan het begin van het dorpje splitst de doorgaande weg naar Vietnam zich af. Dat is een iets betere modderweg, die regelmatig aangestampt wordt door zware vrachtwagens (en vee).
Maar ook die weg verandert in de regenperiode in iets - euhm - doorwaadbaars. Kijk maar hoe die er vier jaar geleden uitzag:
De laatste foto is een luchtfoto. Er staan wegen op, en dat is voldoende kwalificatie om opgenomen te worden in dit fotoverslag.
De wegen in Vientiane (de hoofdstad) zijn redelijk goed. Het meeste is geasfalteerd en wordt goed onderhouden. Er staan zelfs vaak witte strepen en pijlen op, en ze hebben een stoep voor de voetgangers.
Maar niet álle wegen in Vientiane zijn geasfalteerd. Zo zag het er vier jaar geleden uit, toen we er in de regenperiode waren:
De doorgaande wegen zijn meestal van goede kwaliteit. Hier zie je er een op enkele tientallen kilometers van de hoofdstad. Je kan ook zien dat de afslagen meteen weer kleiwegen zijn.
Die kleiwegen zijn meestal ook goed berijdbaar. Maar daar kunnen ook behoorlijk grote gaten in zitten, zeker in het regenseizoen. Gelukkig waren we er dit keer niet in het regenseizoen.
Dan gaan we naar het noordoosten van Laos. Het is daar bergachtig. De wegen zijn dan ook al gauw bergwegen. En over het algemeen prima berijdbaar.
Maar het is niet altijd zo mooi. De asfaltweg die van Sam Neua naar Vietnam gaat was vier jaar geleden nog prima in orde, maar nu zitten er regelmatig gaten in. Blijkbaar doen ze hier niet zoveel aan onderhoud.
Een afslag van die weg gaat naar Ban Lao. Vier jaar geleden was het vanaf daar nog een modderig bergpad (van wel 70 km lang). Ze waren wel al hard aan het werk om er een behoorlijke weg van te maken. We moesten toen nog een tijdje wachten omdat ze net de berg aan het opblazen waren:
Hieronder zie je diezelfde weg, ook vier jaar geleden, zoals die toen op z'n best was. Er was een oude Chinese vrachtwagen kapot gegaan, op één van de vele plaatsen waar je elkaar niet kan passeren.
Maar nu is dat bergpad veranderd in een prima asfaltweg! Helaas bleek de ondergrond en de rots op sommige stukken niet zo stabiel. Hier was een stukje weg in de rivier gezakt:
Dan de wegen in en bij Ban Lao (jawel, meervoud: er zijn 2 wegen). Ban Lao is een dorpje van zo'n 70 huizen, die voor het grootste deel langs één weg staan. Een modderweg. Gelukkig gaat er niet zoveel verkeer over. Vooral voetgangers en brommertjes. En natuurlijk allerlei vee.
Aan het begin van het dorpje splitst de doorgaande weg naar Vietnam zich af. Dat is een iets betere modderweg, die regelmatig aangestampt wordt door zware vrachtwagens (en vee).
Maar ook die weg verandert in de regenperiode in iets - euhm - doorwaadbaars. Kijk maar hoe die er vier jaar geleden uitzag:
De laatste foto is een luchtfoto. Er staan wegen op, en dat is voldoende kwalificatie om opgenomen te worden in dit fotoverslag.
Labels:
laos
donderdag 15 mei 2008
Eerste verjaardag
Het is vandaag precies een jaar geleden dat ik het eerste bericht schreef voor dit blog. Sindsdien heb ik er al zowat 150 geschreven. Soms een kort berichtje, soms een wat langer verhaal. Zo mogelijk met foto's. 't Ging vaak over klimmen en nog vaker over Philip. Philip is natuurlijk een dankbaar onderwerp.
Soms lees ik mijn eigen verhaaltjes weer eens terug, lang nadat ik ze geschreven heb. Dat is leuk, en alleen al voldoende reden om dit blog bij te houden. Maar het is ook leuk dat allerlei andere mensen 't lezen, familie en vrienden. En reacties achterlaten, en naar artikeltjes linken. Ook allerlei andere mensen lezen artikeltjes, die vinden ze via die links, of zoekmachines. Ik ben niet bang voor enige exposure.
Ik verdien er zelfs geld mee. Door Google advertenties te laten plaatsen. 't Schiet niet echt op: ik heb nog maar anderhalve dollar verdiend. In een jaar tijd.
Met een beetje geluk blijf ik nog heel lang berichtjes schrijven. Ik heb vast wel regelmatig een kleinigheidje te melden, of een fotootje te publiceren.
Soms lees ik mijn eigen verhaaltjes weer eens terug, lang nadat ik ze geschreven heb. Dat is leuk, en alleen al voldoende reden om dit blog bij te houden. Maar het is ook leuk dat allerlei andere mensen 't lezen, familie en vrienden. En reacties achterlaten, en naar artikeltjes linken. Ook allerlei andere mensen lezen artikeltjes, die vinden ze via die links, of zoekmachines. Ik ben niet bang voor enige exposure.
Ik verdien er zelfs geld mee. Door Google advertenties te laten plaatsen. 't Schiet niet echt op: ik heb nog maar anderhalve dollar verdiend. In een jaar tijd.
Met een beetje geluk blijf ik nog heel lang berichtjes schrijven. Ik heb vast wel regelmatig een kleinigheidje te melden, of een fotootje te publiceren.
woensdag 14 mei 2008
Macbeth
Terry Pratchett heeft Macbeth gelezen.
Ik ook. Lang geleden, op de middelbare school. Tijdens de Engelse les. We moesten dat stuk van Shakespeare klassikaal lezen. Verspreid over een aantal lessen. En door een wat ongebruikelijke carrierestap (ik ging van 5 havo naar 6 vwo) onderging ik het jaar daarna precies hetzelfde. Hierdoor ben ik nog steeds enigszins bekend met de plot en dergelijke. Ik ken nog steeds de openingszin uit mijn hoofd (toegegeven, ik wist niet meer dat dat de openingszin is; ik wist wel dat 't heel dicht bij het begin zit):
Dus toen ik aan het volgende Discworld-boekje begon, Wyrd Sisters, en ik op de eerste pagina al de helft van bovengenoemde tekst tegenkwam, wist ik meteen hoe laat het was. Het boekje van Terry Pratchett is gewoon een rewrite van de tragedie van Shakespeare. Ongeveer net zoals de basis van de Discworld-boekjes (en dan bedoel ik letterlijk de basis: een gigantische schildpad die door de ruimte zwemt) een rewrite van de astronomie is.
Ik ging gauw op zoek naar mijn versie van Macbeth. Maar die kon ik niet vinden. Ik kon wel een ander Shakespeare-boek vinden, eentje die ik lang geleden ‘eventjes’ van mijn moeder geleend had (sorrie hoor, ik zal 'm binnenkort terugbrengen). Ik wilde even door Macbeth bladeren. Helaas is het zulke zware kost dat ik al na een paar bladzijden afhaakte. Gelukkig heb ik nog wel ontdekt dat de drie heksen van de openingszin de Weird Sisters genoemd werden.
Als je je klassieken niet kent dan mis je toch 't een en ander aan subtiele grapjes en referenties. Zoals dat de moordenaar z'n handen steeds aan het wassen is. Zo is die Engelse les toch nog ergens goed voor geweest.
Ik ook. Lang geleden, op de middelbare school. Tijdens de Engelse les. We moesten dat stuk van Shakespeare klassikaal lezen. Verspreid over een aantal lessen. En door een wat ongebruikelijke carrierestap (ik ging van 5 havo naar 6 vwo) onderging ik het jaar daarna precies hetzelfde. Hierdoor ben ik nog steeds enigszins bekend met de plot en dergelijke. Ik ken nog steeds de openingszin uit mijn hoofd (toegegeven, ik wist niet meer dat dat de openingszin is; ik wist wel dat 't heel dicht bij het begin zit):
When shall we three meet again
In thunder, lightning, or in rain?
Dus toen ik aan het volgende Discworld-boekje begon, Wyrd Sisters, en ik op de eerste pagina al de helft van bovengenoemde tekst tegenkwam, wist ik meteen hoe laat het was. Het boekje van Terry Pratchett is gewoon een rewrite van de tragedie van Shakespeare. Ongeveer net zoals de basis van de Discworld-boekjes (en dan bedoel ik letterlijk de basis: een gigantische schildpad die door de ruimte zwemt) een rewrite van de astronomie is.
Ik ging gauw op zoek naar mijn versie van Macbeth. Maar die kon ik niet vinden. Ik kon wel een ander Shakespeare-boek vinden, eentje die ik lang geleden ‘eventjes’ van mijn moeder geleend had (sorrie hoor, ik zal 'm binnenkort terugbrengen). Ik wilde even door Macbeth bladeren. Helaas is het zulke zware kost dat ik al na een paar bladzijden afhaakte. Gelukkig heb ik nog wel ontdekt dat de drie heksen van de openingszin de Weird Sisters genoemd werden.
Als je je klassieken niet kent dan mis je toch 't een en ander aan subtiele grapjes en referenties. Zoals dat de moordenaar z'n handen steeds aan het wassen is. Zo is die Engelse les toch nog ergens goed voor geweest.
maandag 12 mei 2008
Blije kindertjes
Afgelopen weekend ben ik weer eens als kliminstructeur naar de Ardennen geweest. Het was een klimweekend voor de jeugd. De jongste deelnemer was 8, de oudste was 16. We verzamelden bij de Uithof in Den Haag. Er werden vier meisjes in mijn auto geladen, drie van 10 jaar en één van 8 jaar. Dat paste makkelijk, inclusief bagage.
We gingen naar de rotsen bij Durnal. Dat is een perfecte plek voor beginnende (buiten)klimmers. Er zijn diverse oefenrelais op de grond gemaakt. Daarmee kan je heel goed allerlei touwtechnieken laten zien en laten oefenen. En de beheerder van de rotsen beheert 't goed. Van één van de oefenrelais was de ketting verdwenen; die moest dus gerepareerd worden.
Het weer werkte ook mee. Het was bijna té warm en zonnig. Gelukkig is er een riviertje vlakbij. Daar ging zo ongeveer de helft van de deelnemers tegen het eind van de middag zich even in afkoelen.
Een jeugdweekend is nauwelijks te vergelijken met een instructieweekend voor volwassenen. De kinderen leren veel sneller. Het is voor hun meer spelen dan klimmen. Ik had verwacht dat ik veel beter zou moeten opletten dan bij volwassenen, maar dat viel reuze mee. Het is verbazingwekkend hoe verantwoord zelfs de kleintjes bezig zijn. Veel kinderen klimmen al heel goed voor, en ze weten precies hoe ze dat veilig moeten doen. En ze kunnen goed klimmen! Zo klein als ze zijn komen ze vaak toch redelijk makkelijk door passages heen die, gezien hun lengte, best wel moeilijk zijn.
De kinderen vonden het zelf ook heel leuk. Voor sommigen was het al de derde keer dat ze mee gingen. En zo te horen waren ze van plan om volgend jaar weer mee te gaan.
We gingen naar de rotsen bij Durnal. Dat is een perfecte plek voor beginnende (buiten)klimmers. Er zijn diverse oefenrelais op de grond gemaakt. Daarmee kan je heel goed allerlei touwtechnieken laten zien en laten oefenen. En de beheerder van de rotsen beheert 't goed. Van één van de oefenrelais was de ketting verdwenen; die moest dus gerepareerd worden.
Het weer werkte ook mee. Het was bijna té warm en zonnig. Gelukkig is er een riviertje vlakbij. Daar ging zo ongeveer de helft van de deelnemers tegen het eind van de middag zich even in afkoelen.
Een jeugdweekend is nauwelijks te vergelijken met een instructieweekend voor volwassenen. De kinderen leren veel sneller. Het is voor hun meer spelen dan klimmen. Ik had verwacht dat ik veel beter zou moeten opletten dan bij volwassenen, maar dat viel reuze mee. Het is verbazingwekkend hoe verantwoord zelfs de kleintjes bezig zijn. Veel kinderen klimmen al heel goed voor, en ze weten precies hoe ze dat veilig moeten doen. En ze kunnen goed klimmen! Zo klein als ze zijn komen ze vaak toch redelijk makkelijk door passages heen die, gezien hun lengte, best wel moeilijk zijn.
De kinderen vonden het zelf ook heel leuk. Voor sommigen was het al de derde keer dat ze mee gingen. En zo te horen waren ze van plan om volgend jaar weer mee te gaan.
Labels:
klimmen
donderdag 8 mei 2008
Pleisters plakken
Philip heeft pleisters ontdekt. Die helpen tegen elk pijntje.
Laatst had Philip geprobeerd Hobbes te aaien, maar Hobbes was daar even niet van gediend. Resultaat: een hard huilende Philip. En een poes die ontspannen bleef zitten. Er was een schammetje, maar het was nauwelijks te zien. Philip stond erop dat er een pleister op geplakt werd. Nou, vooruit dan maar. Vervolgens kon hij zijn vinger niet meer buigen, maar dat vond hij niet zo erg.
Ik ging weer in de tuin werken, en Philip ging even in de huiskamer rommelen. Na een paar minuutjes kwam hij triomfantelijk naar buiten. Hij had nóg ergens pijn, en hij had er zelf een pleister op geplakt.
Een paar dagen later. Philip klaagt opeens over keelpijn. Nah, Lien is een beetje verkouden, misschien heeft hij daar wat van opgepikt. Maar wat doe je nou aan keelpijn? Een pleister op je keel plakken, natuurlijk. En dat mocht papa niet doen, nee, dat moest Philip zelf doen.
Laatst had Philip geprobeerd Hobbes te aaien, maar Hobbes was daar even niet van gediend. Resultaat: een hard huilende Philip. En een poes die ontspannen bleef zitten. Er was een schammetje, maar het was nauwelijks te zien. Philip stond erop dat er een pleister op geplakt werd. Nou, vooruit dan maar. Vervolgens kon hij zijn vinger niet meer buigen, maar dat vond hij niet zo erg.
Ik ging weer in de tuin werken, en Philip ging even in de huiskamer rommelen. Na een paar minuutjes kwam hij triomfantelijk naar buiten. Hij had nóg ergens pijn, en hij had er zelf een pleister op geplakt.
Een paar dagen later. Philip klaagt opeens over keelpijn. Nah, Lien is een beetje verkouden, misschien heeft hij daar wat van opgepikt. Maar wat doe je nou aan keelpijn? Een pleister op je keel plakken, natuurlijk. En dat mocht papa niet doen, nee, dat moest Philip zelf doen.
Labels:
philip
woensdag 7 mei 2008
Tuin fatsoeneren
Het was groeizaam weer, de afgelopen tijd, aan de hoeveelheid onkruid te zien. Gelukkig is het met dit weer ook prettig om in de tuin te werken. De afgelopen dagen heb ik elke avond een paar uurtjes aan de voortuin besteed.
't Ziet er nu weer redelijk fatsoenlijk uit. We hebben eerst het onkruid uit de borders verwijderd. ‘We’ zijn Philip en ik: Philip heeft ook een paar sprietjes eruit getrokken. Daarna heb ik er cacaodoppen overheen gestrooid. Die helpen tegen het onkruid, en het ziet er verzorgd uit. Een paar jaar geleden had ik dat ook al geprobeerd, en het resultaat beviel me wel. Maar je moet 't elk jaar herhalen en dat was er sindsdien dus niet meer van gekomen.
Nu moet ik nog het gras verder fatsoeneren. Ik had er laatst al de nieuwe verticuteerhark doorheen gehaald, maar dat is niet genoeg. Er moet nog meer onkruid uit, er moet ongetwijfeld gras bijgezaaid worden, en er moet vast wel bemest worden. Ofzo. En het onkruid tussen de tegeltjes moet weg. En de hele achtertuin moet nog. Als het een beetje mooi weer blijft hoef ik me voorlopig niet te vervelen.
't Ziet er nu weer redelijk fatsoenlijk uit. We hebben eerst het onkruid uit de borders verwijderd. ‘We’ zijn Philip en ik: Philip heeft ook een paar sprietjes eruit getrokken. Daarna heb ik er cacaodoppen overheen gestrooid. Die helpen tegen het onkruid, en het ziet er verzorgd uit. Een paar jaar geleden had ik dat ook al geprobeerd, en het resultaat beviel me wel. Maar je moet 't elk jaar herhalen en dat was er sindsdien dus niet meer van gekomen.
Nu moet ik nog het gras verder fatsoeneren. Ik had er laatst al de nieuwe verticuteerhark doorheen gehaald, maar dat is niet genoeg. Er moet nog meer onkruid uit, er moet ongetwijfeld gras bijgezaaid worden, en er moet vast wel bemest worden. Ofzo. En het onkruid tussen de tegeltjes moet weg. En de hele achtertuin moet nog. Als het een beetje mooi weer blijft hoef ik me voorlopig niet te vervelen.
dinsdag 6 mei 2008
Vlakte der Kruiken
Laos heeft niet zoveel toeristen. En niet zoveel toeristische bezienswaardigheden. De meeste toeristen gaan naar Vientiane (de hoofdstad), Vang Vieng (een idyllisch plaatsje een stukje naar het noorden) en Luang Prabang (de oude hoofdstad, vol met tempels en een paleis, nog verder naar het noorden). Allemaal in het noordwesten van Laos.
Er is wel meer bezienswaardigs, maar dat is nóg minder bezocht. Neem bijvoorbeeld de Vlakte der Kruiken (Plain of Jars). Die ligt ook in het noorden, maar dan een beetje meer naar het oosten. 't Heet zo omdat het een vlakte is, zomaar tussen de bergen, en omdat er kruiken liggen. Die kruiken zijn groot, sommige wel meer dan twee meter; je kan je erin verstoppen. Ze zijn zo'n 2000 jaar oud, en niemand weet met zekerheid te zeggen waarvoor ze waren. We zijn bij Site 1 geweest. De grotere kruiken staan daar op een heuveltje.
Er zijn ook een heleboel kleinere exemplaren. De meeste daarvan zijn zo ongeveer één meter hoog. Ze staan op een veldje onder de heuvel.
De vlakte is in de “secret war”, ten tijde van de Vietnamoorlog, behoorlijk gebombardeerd door de Amerikanen. Daarbij zijn ook de kruiken niet gespaard gebleven. Die oorlog werd zo'n 40 jaar geleden gevoerd, maar de kraters zijn er nog. Toen we later van Sam Neua terug naar Vientiane vlogen kwamen we over de vlakte heen, en ik kon overal kleine en grote kraters zien.
En er zijn heel wat van die bommen niet ontploft. Dat levert een aardige decoratie op voor in en om het huis. Maar er vallen nog steeds af en toe gewonden als een bom alsnog ontploft.
Er is wel meer bezienswaardigs, maar dat is nóg minder bezocht. Neem bijvoorbeeld de Vlakte der Kruiken (Plain of Jars). Die ligt ook in het noorden, maar dan een beetje meer naar het oosten. 't Heet zo omdat het een vlakte is, zomaar tussen de bergen, en omdat er kruiken liggen. Die kruiken zijn groot, sommige wel meer dan twee meter; je kan je erin verstoppen. Ze zijn zo'n 2000 jaar oud, en niemand weet met zekerheid te zeggen waarvoor ze waren. We zijn bij Site 1 geweest. De grotere kruiken staan daar op een heuveltje.
Er zijn ook een heleboel kleinere exemplaren. De meeste daarvan zijn zo ongeveer één meter hoog. Ze staan op een veldje onder de heuvel.
De vlakte is in de “secret war”, ten tijde van de Vietnamoorlog, behoorlijk gebombardeerd door de Amerikanen. Daarbij zijn ook de kruiken niet gespaard gebleven. Die oorlog werd zo'n 40 jaar geleden gevoerd, maar de kraters zijn er nog. Toen we later van Sam Neua terug naar Vientiane vlogen kwamen we over de vlakte heen, en ik kon overal kleine en grote kraters zien.
En er zijn heel wat van die bommen niet ontploft. Dat levert een aardige decoratie op voor in en om het huis. Maar er vallen nog steeds af en toe gewonden als een bom alsnog ontploft.
Labels:
laos
Huisje op palen
Laatst waren we bij de ouders van Lien op bezoek, in Laos. Daar staan de huisjes vaak op palen. Zodat je, bijvoorbeeld, eronder in de schaduw kan zitten.
Laatst waren we bij mijn ouders op bezoek, in Nederland. Daar hebben ze een blokkendoos, en kurken. Dus wat bouwt Lien? Een huisje op palen.
Laatst waren we bij mijn ouders op bezoek, in Nederland. Daar hebben ze een blokkendoos, en kurken. Dus wat bouwt Lien? Een huisje op palen.
maandag 5 mei 2008
Vientiane
Vientiane is de hoofdstad van Laos. Het is een rustige stad; er gebeurt niet veel. Je kan 's avonds lekker door het centrum wandelen. 's Middags is het daar te heet voor.
Er staan allerlei heel oude bouwsels, er zijn koloniale gebouwen en ik zie ook steeds meer moderne gebouwen. Vanuit ons eerste hotel hadden we uitzicht op de That Dam. Dat is een oud boeddhistisch bouwsel. Er gaan geruchten dat er een draak in woont, ofzo. Het staat gewoon ergens op een rotondetje en ik heb er nooit iets bijzonders zien gebeuren.
De Talat Sao is dé markt hét winkelcentrum van Vientiane. Je kan er bijna alles kopen, van ingrediënten voor je avondmaaltijd (inclusief allerlei insecten) via kleren en mobiele telefoons tot enorme koelkasten. De winkels zijn niet groot, het zijn eigenlijk gewoon veredelde marktstalletjes. Veel winkeltjes verkopen precies hetzelfde als het winkeltje ernaast. Het is binnen overal rommelig, en er zitten ook buiten veel handelaartjes op de stoep.
Laos was ooit een Franse kolonie. Je kan er nog steeds prima stokbrood kopen. Niet alleen bij de Talat Sao, maar ook op allerlei andere plekken.
Sinds mijn vorige bezoek aan Laos, vier jaar geleden, hebben ze een nieuwe vleugel bij de Talat Sao gebouwd die er heel modern uitziet. Met airco en parkeerdek.
In die nieuwe vleugel zit ook een mooi restaurantje. Je kan er Lao eten krijgen, maar ook westers eten. Het oude restaurantje, waar ze alleen maar Lao eten hadden en waar ik zo graag kwam, heb ik niet meer gezien.
Philip vond het ook wel leuk in Vientiane. Hij wandelde vrolijk rond op zijn sandaaltjes.
Philip reisde bij voorkeur per tuktuk. Die zijn er genoeg in Vientiane. Meestal stond hij erop dat hij, en niet mama, de chauffeur betaalde.
't Is tropisch en er groeit dan ook van alles. Philip raapt graag bloempjes op, die hij dan aan mama aanbiedt.
Er zijn natuurlijk ook kappers in Vientiane. Lien vindt de kappers in Nederland niet zo goed en wel heel duur, dus ze maakte uitgebreid van de gelegenheid gebruik. Ze heeft minstens vier uur aan één stuk bij de kapster gezeten. Het resultaat was dan ook wel mooi.
In al die uren hebben Philip en ik ons ook maar laten knippen. Philip keek daar nogal zorgelijk bij. Nou heb ik 'm in Nederland nooit bij een kapper gezien (daar was Lien tot nu toe altijd bij), dus misschien is dat zijn gebruikelijke houding ten opzichte van kappers.
De kapper stelde voor dat 'ie mij ook zou scheren. Maar de man sprak alleen maar Lao, dus dat snapte ik niet meteen. En Lien had ja gezegd voordat ik het begreep. Hij begon met een tondeuse de baard van drie weken af te scheren, maar na een tijdje kiepte de stoel achterover en kwam het barbiersmes tevoorschijn. Slik. (Zoals Akshay zegt, als hij zich in India laat scheren: als ze met een vlijmscherp mes in razendsnelle bewegingen rakelings langs je halsslagaderen gaan, dan moet je je gewoon ontspannen.)
Laos was een Franse kolonie, zoals ik hierboven al aangaf. Ze hebben in Vientiane zelfs een Arc de Triomphe gebouwd, en die staat ook nog in het midden van een enorme rotonde. Ze noemen 't de Patuxay. Men is er niet bijster trots op; het bordje met uitleg dat erop zit heeft het over “a monster of concrete”. Maar het is wel een imposant gebouw. En vanaf bovenop heb je een leuk uitzicht.
De Patuxay heeft tegenwoordig zelfs een leuke fontein. 't Was al donker aan het worden toen 'ie aangezet werd, en dan is het lastig om te fotograferen. De foto hieronder doet dan ook niet echt recht aan de fontein. Er zijn honderden spuitmonden, die in een leuke choreografie een mooi waterballet opvoeren. En er zijn begeleidende ondergedompelde lampjes in diverse kleuren. Bovendien is het er gewoon heel gezellig. Er zitten en wandelen allemaal mensen, die heel ontspannen niks doen. Zowel Lao als buitenlanders.
Er staan allerlei heel oude bouwsels, er zijn koloniale gebouwen en ik zie ook steeds meer moderne gebouwen. Vanuit ons eerste hotel hadden we uitzicht op de That Dam. Dat is een oud boeddhistisch bouwsel. Er gaan geruchten dat er een draak in woont, ofzo. Het staat gewoon ergens op een rotondetje en ik heb er nooit iets bijzonders zien gebeuren.
De Talat Sao is dé markt hét winkelcentrum van Vientiane. Je kan er bijna alles kopen, van ingrediënten voor je avondmaaltijd (inclusief allerlei insecten) via kleren en mobiele telefoons tot enorme koelkasten. De winkels zijn niet groot, het zijn eigenlijk gewoon veredelde marktstalletjes. Veel winkeltjes verkopen precies hetzelfde als het winkeltje ernaast. Het is binnen overal rommelig, en er zitten ook buiten veel handelaartjes op de stoep.
Laos was ooit een Franse kolonie. Je kan er nog steeds prima stokbrood kopen. Niet alleen bij de Talat Sao, maar ook op allerlei andere plekken.
Sinds mijn vorige bezoek aan Laos, vier jaar geleden, hebben ze een nieuwe vleugel bij de Talat Sao gebouwd die er heel modern uitziet. Met airco en parkeerdek.
In die nieuwe vleugel zit ook een mooi restaurantje. Je kan er Lao eten krijgen, maar ook westers eten. Het oude restaurantje, waar ze alleen maar Lao eten hadden en waar ik zo graag kwam, heb ik niet meer gezien.
Philip vond het ook wel leuk in Vientiane. Hij wandelde vrolijk rond op zijn sandaaltjes.
Philip reisde bij voorkeur per tuktuk. Die zijn er genoeg in Vientiane. Meestal stond hij erop dat hij, en niet mama, de chauffeur betaalde.
't Is tropisch en er groeit dan ook van alles. Philip raapt graag bloempjes op, die hij dan aan mama aanbiedt.
Er zijn natuurlijk ook kappers in Vientiane. Lien vindt de kappers in Nederland niet zo goed en wel heel duur, dus ze maakte uitgebreid van de gelegenheid gebruik. Ze heeft minstens vier uur aan één stuk bij de kapster gezeten. Het resultaat was dan ook wel mooi.
In al die uren hebben Philip en ik ons ook maar laten knippen. Philip keek daar nogal zorgelijk bij. Nou heb ik 'm in Nederland nooit bij een kapper gezien (daar was Lien tot nu toe altijd bij), dus misschien is dat zijn gebruikelijke houding ten opzichte van kappers.
De kapper stelde voor dat 'ie mij ook zou scheren. Maar de man sprak alleen maar Lao, dus dat snapte ik niet meteen. En Lien had ja gezegd voordat ik het begreep. Hij begon met een tondeuse de baard van drie weken af te scheren, maar na een tijdje kiepte de stoel achterover en kwam het barbiersmes tevoorschijn. Slik. (Zoals Akshay zegt, als hij zich in India laat scheren: als ze met een vlijmscherp mes in razendsnelle bewegingen rakelings langs je halsslagaderen gaan, dan moet je je gewoon ontspannen.)
Laos was een Franse kolonie, zoals ik hierboven al aangaf. Ze hebben in Vientiane zelfs een Arc de Triomphe gebouwd, en die staat ook nog in het midden van een enorme rotonde. Ze noemen 't de Patuxay. Men is er niet bijster trots op; het bordje met uitleg dat erop zit heeft het over “a monster of concrete”. Maar het is wel een imposant gebouw. En vanaf bovenop heb je een leuk uitzicht.
De Patuxay heeft tegenwoordig zelfs een leuke fontein. 't Was al donker aan het worden toen 'ie aangezet werd, en dan is het lastig om te fotograferen. De foto hieronder doet dan ook niet echt recht aan de fontein. Er zijn honderden spuitmonden, die in een leuke choreografie een mooi waterballet opvoeren. En er zijn begeleidende ondergedompelde lampjes in diverse kleuren. Bovendien is het er gewoon heel gezellig. Er zitten en wandelen allemaal mensen, die heel ontspannen niks doen. Zowel Lao als buitenlanders.
Allemaal vliegtuigjes
We hebben op vakantie nogal wat vliegtuigen van binnen gezien. Het begon groot, werd steeds kleiner, en werd toen weer groter. We hebben ook zoveel mogelijk verschillende luchtvaartmaatschappijen genomen.
De langste vlucht was natuurlijk die van Schiphol naar Bangkok. Daar namen we dan ook het grootste vliegtuig voor, een Boeing 747 van China Airlines. Philip vermaakte zich kostelijk aan boord. We hadden eigenlijk helemaal geen last van hem. De meneer naast hem ook niet. Waarschijnlijk heeft die meneer geen kinderen, en vond hij alle interrupties van Philip nog wel grappig.
We gingen meteen door van Bangkok naar Vientiane. Met een Boeing 737 van Thai Airways. Dat heeft Philip niet meer helemaal meegekregen, want hij viel al gauw in slaap.
We bleven ruim een week om en in Vientiane, en daarna vlogen we naar Xieng Khouang. Met een MA60 (een toestel van Chinese makelij) van Lao Airlines. Het was het kortste vluchtje van allemaal, minder dan 200 km.
Daarna gingen we een stuk met de auto, zodat het volgende vliegtuig waar we instapten, anderhalve week later, van Sam Neua vertrok. Dat was een Cessna Grand Caravan van Lao Air, waarmee we naar Vientiane vlogen. Leuk hoor, zo'n klein vliegtuig. Het uitzicht was prachtig. We konden net niet de boom- en bergtoppen aanraken. En we konden de piloten goed in de gaten houden.
(De oplettende lezertjes hebben gezien dat deze (binnenlandse) vlucht door een andere maatschappij werd uitgevoerd dan de vorige (ook binnenlandse) vlucht.)
We hadden daarmee ook het kleinste formaat vliegtuig bereikt. De jumbo jet kan enkele honderden mensen vervoeren, de 737 ruim honderd, de MA60 een stuk of 50, en in de Cessna passen niet veel meer dan 10 mensen (plus eventueel kleine kinderen die je op schoot neemt).
Het is van Sam Neua naar Vientiane hemelsbreed ongeveer 300 km, dus een stuk verder dan de vorige vlucht. Sterker nog: we vlogen zo ongeveer over het vliegveld van Xieng Khouang heen. Waarom dan toch in zo'n klein toestel? In ieder geval omdat het vliegveld van Sam Neua nogal in de bergen ligt; er kunnen alleen kleine vliegtuigjes landen en opstijgen.
Van Vientiane terug naar Bangkok ging weer met een Boeing 737. Het vele vliegen begon al helemaal te wennen.
En terug van Bangkok naar Amsterdam hadden we weer een Boeing 747. Philip is duidelijk een ervaren luchtreiziger geworden.
Philip is ook heel erg safety-bewust. Hij stond erop dat zijn riem goed werd vastgemaakt. En in elk vliegtuig ging hij uitgebreid, en meerdere malen, de kaart met safety instructions bestuderen.
De langste vlucht was natuurlijk die van Schiphol naar Bangkok. Daar namen we dan ook het grootste vliegtuig voor, een Boeing 747 van China Airlines. Philip vermaakte zich kostelijk aan boord. We hadden eigenlijk helemaal geen last van hem. De meneer naast hem ook niet. Waarschijnlijk heeft die meneer geen kinderen, en vond hij alle interrupties van Philip nog wel grappig.
We gingen meteen door van Bangkok naar Vientiane. Met een Boeing 737 van Thai Airways. Dat heeft Philip niet meer helemaal meegekregen, want hij viel al gauw in slaap.
We bleven ruim een week om en in Vientiane, en daarna vlogen we naar Xieng Khouang. Met een MA60 (een toestel van Chinese makelij) van Lao Airlines. Het was het kortste vluchtje van allemaal, minder dan 200 km.
Daarna gingen we een stuk met de auto, zodat het volgende vliegtuig waar we instapten, anderhalve week later, van Sam Neua vertrok. Dat was een Cessna Grand Caravan van Lao Air, waarmee we naar Vientiane vlogen. Leuk hoor, zo'n klein vliegtuig. Het uitzicht was prachtig. We konden net niet de boom- en bergtoppen aanraken. En we konden de piloten goed in de gaten houden.
(De oplettende lezertjes hebben gezien dat deze (binnenlandse) vlucht door een andere maatschappij werd uitgevoerd dan de vorige (ook binnenlandse) vlucht.)
We hadden daarmee ook het kleinste formaat vliegtuig bereikt. De jumbo jet kan enkele honderden mensen vervoeren, de 737 ruim honderd, de MA60 een stuk of 50, en in de Cessna passen niet veel meer dan 10 mensen (plus eventueel kleine kinderen die je op schoot neemt).
Het is van Sam Neua naar Vientiane hemelsbreed ongeveer 300 km, dus een stuk verder dan de vorige vlucht. Sterker nog: we vlogen zo ongeveer over het vliegveld van Xieng Khouang heen. Waarom dan toch in zo'n klein toestel? In ieder geval omdat het vliegveld van Sam Neua nogal in de bergen ligt; er kunnen alleen kleine vliegtuigjes landen en opstijgen.
Van Vientiane terug naar Bangkok ging weer met een Boeing 737. Het vele vliegen begon al helemaal te wennen.
En terug van Bangkok naar Amsterdam hadden we weer een Boeing 747. Philip is duidelijk een ervaren luchtreiziger geworden.
Philip is ook heel erg safety-bewust. Hij stond erop dat zijn riem goed werd vastgemaakt. En in elk vliegtuig ging hij uitgebreid, en meerdere malen, de kaart met safety instructions bestuderen.
Abonneren op:
Posts (Atom)