zondag 29 november 2009

Nieuwe wasmachine

Ja, wat is dat nou voor een onderwerp: een nieuwe wasmachine?! Spannend, hoor. Nou, 't gaat eigenlijk vooral om de oude wasmachine. Misschien had ik dit beter “vroeger was alles beter en goedkoper” kunnen noemen.

Een jaar of vijfentwintig geleden vonden Marcel en ik een wasmachine. Op straat, bij het grof vuil. Een Marynen MF228. Het apparaat zag er nog goed uit, en we besloten 'm mee te nemen om te kijken wat we ermee konden doen. We sleutelden in die tijd aan alles. Zo hadden we een skelter uitgerust met een brommer-motor. En we hadden meerdere keren oude koelkasten omgebouwd zodat we er fietsbanden mee konden oppompen.

Het kostte ons weinig moeite en tijd om de wasmachine aan de praat te krijgen. Ik weet niet meer wat eraan scheelde; het was meer dan een een los schroefje, maar we hoefden niets duurs te vervangen ofzo.

Wat later verhuisde Marcel vanuit het ouderlijk huis naar een flatje. De wasmachine ging mee en deed een aantal jaar prima de was. Toen Marcel toch maar een nieuwe kocht woonde ik in Delft, in een studentenkamer. Ik kon de wasmachine prima gebruiken. En vervolgens is 'ie steeds met me mee verhuisd, tot aan mijn huidige woning toe. De enige reparatie die ik er in al die tijd aan gedaan heb was het vervangen van de rubber afdichting bij de deur.

Oud beestje


Maar vorige week vond ik dat het apparaat eindelijk met pensioen mocht. Hij deed 't nog wel, maar niet meer van harte. De was kwam er steeds minder droog uit, als je het ‘halve lading’-knopje ingedrukt had dan deed 'ie helemaal niks meer, etc. Bovendien was 'ie vies en verroest. Niet dat ik klaag, hoor. Hij moest ondertussen toch al minstens dertig jaar in gebruik zijn. Ik moet nog zien dat de nieuwe het zolang volhoudt!

We zijn op goed geluk naar de Makro gegaan en hebben een nieuwe gekocht. Geen Marijnen, die worden niet meer in Nederland verkocht. Het werd de LG WD-13481TP. Inclusief thuisbezorgen, installeren, extra garantie et cetera nog geen vijfhonderd euro. Een paar dagen later zag ik toevallig dat het ook nog de beste koop is, volgens de Consumentenbond. En ik zag ook dat 'ie bijna overal minstens een paar tientjes minder kost dan wat ik ervoor betaald heb. Grmbl. Nouja, hij doet 't. Zolang het duurt. En de oude? Die is met de installateur mee gegaan.

zaterdag 28 november 2009

De baard van Sinterklaas

Philip is opgeroepen voor de griepprik. Hij wordt binnenkort vijf, dus hij viel nog net in de doelgroep. 't Is wat onhandig dat ze het prik-uurtje tijdens schooltijd hebben gepland, maarja, zo heeft Philip een extra vrije middag in ruil.

Foto overgenomen van www.grieppandemie.nl


De logistiek rondom het prikken was prima georganiseerd. Binnen tien minuten stonden we weer buiten. Het heen en weer lopen naar de parkeerplaats duurde langer.

Het prikken zelf ging ook goed. De prikmevrouw probeerde Philip af te leiden met een paar vragen over de rommel-Piet, maar daar gaf Philip alleen maar uit beleefdheid antwoord op. Hij keek vooral heel benauwd. Maar toen het erop aan kwam hield hij zich prima: hij heeft niet gehuild en ook niet au gezegd. Nog maar anderhalve maand geleden, toen hij voor een reis naar Laos werd geprikt, kon hij een paar snikjes niet onderdrukken.

Maar 's avonds klaagde hij dat zijn arm toch wel een beetje pijn deed. Hij wilde er graag iets op. Iets specifieks. Hij had het eerst over iets wits, en ik dacht dat hij het over pof had (we waren in de klimhal). Maar al gauw maakte hij duidelijk dat het om een stukje van de baard van Sinterklaas ging. Ik had al snel door wat hij bedoelde (sneller dan toen hij een nobsteen wilde; en de crypto's gaan ook steeds beter). Er moest een plukje watten met een stukje tape op zijn arm worden geplakt. Over de pleister van de prikmevrouw heen. Toen was het weer helemaal in orde.

donderdag 12 november 2009

Weekeindje Freyr - 3

De klimzaterdag was wat mij betreft zeer geslaagd: ik had allerlei zesjes geklommen. Maar ik was ook wel moe en hongerig. Bas had inkopen gedaan, en we gingen met de hele groep koken en eten in het hutje. Er was een houtkachel, maar het hout was een beetje nat. Paul en ik kregen de houtkachel met enige moeite toch aan de praat, zodat het na een tijdje ook nog lekker warm werd.

Aanmaakhout zagen


Na het eten besloot ik de drukte van de hut te ontvluchten: ik ging in mijn tentje slapen. Maar het was ondertussen stikdonker. Dan is het toch wel makkelijk dat zo'n Quechua wegwerptentje in twee seconden is opgezet. En mijn lampje deed weer goede diensten. Ik heb prima in mijn tentje geslapen. Tot een uur of zeven, want toen moest ik plassen. Ik besloot om te blijven liggen tot het tijd was om op te staan. Maar toen het na, pak 'm beet, een half uur nog steeds heel donker was keek ik maar eens op mijn horloge. Het bleek dat het pas kwart voor drie was! Toen ben ik er toch maar even uit gegaan. Nouja, het gaf me de gelegenheid om vast te stellen dat mijn slaapzak wel lekker warm was, want buiten was het dat bepaald niet.

We ontbeten weer in het hutje, en daarna gingen de examenmensen verder met hun examen. Joost, Saskia en ik gingen eerst maar wat moed indrinken bij Chamonix, want het was nog kouder dan zaterdag. Maar de zon scheen. We zochten een stukje rots in de zon, en dat vonden we bij de Secteur Escargots van 5 Anes. Joost toonde om de één of andere reden niet zoveel initiatief, zodat ik na een tijdje maar in la Fesse d'Huitre, een 5a, ging inklimmen. Dat moest een korte route zijn, maar het relais bleek er niet te zijn (twee oude mephaken en een kleine, wat dubieuze boorhaak noem ik niet een relais). Ik hing nog iets hoger een setje in en besloot me te laten zakken. En dat was maar goed ook, want toen ik beneden in de topo keek zag ik dat 't enige wat vanaf daar door ging zevens en een 6c+ waren.

Naast 't vijfje zit een 7a: je ne suis pas celle que vous croyez. Die gaat naar hetzelfde (niet bestaande) relais. Het leek me wel leuk om die te topropen. Met heel veel blocs en heel veel moeite lukte het me om boven te komen. Mijn trots kende geen grenzen! Tot ik de topo wat beter las: 't was niet een 7a, maar een 7b+, en ik had helemaal niet de grote randen aan de zijkant mogen gebruiken. Dus hij telt niet. Ach, 't was toch wel leuk. En verreweg het moeilijkste wat ik ooit in Freyr heb gedaan.

Joost was ondertussen maar een stukje gaan wandelen. Saskia slaagde er met tenminste net zoveel moeite als ik in om het zeventje op dezelfde illegale manier te klimmen. Toen was het drie uur ofzo, en we vonden het wel mooi.

dinsdag 10 november 2009

Weekeindje Freyr - 2

Zo'n houten plank met daarop alleen maar een dun isomatje is natuurlijk niet te vergelijken met het luxieuze bed thuis. Toch was de nacht in het hutje te Freyr relatief comfortabel. En zeker niet koud.

De mensen die 's avonds laat binnengekomen waren hoorden ook bij ons. En zij hadden gelukkig wel een aansteker bij zich, zodat er koffie en thee gezet kon worden.

Na het ontbijt gingen de examenkandidaten met z'n zessen op pad. Een examinator, een examinator in opleiding, twee examenkandidaten (de één speelt instructeur en de ander assistent-instructeur, en ze ruilen halverwege van rol), en twee beginners die ze les moeten geven. Dat was in mijn tijd een stuk simpeler; toen moest ik met twee examinatoren een paar uur op pad.

Klaar voor het examen


Ondertussen bleek dat één van de zes losse deelnemers ziek was, en dat twee anderen pas 's middags kwamen. We waren we dus nog maar met z'n drieën: Joost, Saskia en ik. Nadat we de examenkandidaten nog een laatste keer succes hadden gewenst, en voldoende moed verzameld hadden om de kou en de dreigende regen te trotseren, gingen wij op zoek naar de rots. Een droog stuk rots, bij voorkeur. We kozen voor de Jeunesse. Helemaal onderaan was het wel goed te doen. De examenkandidaten waren daar ook in de buurt bezig, hoewel we ze verder niet meer gezien hebben.

Joost besloot meteen heel enthousiast in te klimmen in l'Appel de la Savane, een 6b. Hij kwam er redelijk soepel doorheen. Ik probeerde 'm ook voor te klimmen, en toen bleek dat het toch wel een zware route was. Het ging niet zo soepel, en ik haalde het einde niet. Saskia kwam er uiteindelijk wel doorheen. Ze had in Amerika geoefend met hand jams, en daar kon ze goed gebruik van maken. Gelukkig haalde ik 'm topropend alsnog.

Ondertussen had het een klein beetje geregend, maar dat hield gelukkig op.

We gingen verder op de Louis-Philippe. Joost houdt wel van korte, heftige routes, dus we gingen La Ragazza de Finale doen: een deels overhangende 6b van een minder dan tien meter. Tot mijn verbazing klom ik 'm redelijk makkelijk voor (zij het met een paar blocs)! Ook Saskia kwam er doorheen.

Saskia in La Ragazza de Finale


Het was daarna tijd voor een 6c. Cap'taine Cœur de Miel. “Le” 6c classique par excellence, aldus de topo. 't Was een projectje van Joost; hij wilde hem graag in één keer voorklimmen. Helaas lukte dat niet, hij had een paar blocs nodig. Saskia klom 'm na en had ook een paar blocs nodig. Maar ze kwam er wel weer doorheen!

Joost halverwege Cap'taine Cœur de Miel


Toen was het mijn beurt.

Intermezzo. Het was dus al jaaaren geleden dat ik in Freyr had geklommen. Ik had nog nooit een zesje in Freyr geklommen. Ja, één keer, een halve lengte, per ongeluk. Ik wilde de Spigolo doen, een 5a. Die gaat opeens opzij en kruist le Parrain de Juliette, een 6a. Ik miste de afslag, zodat ik in die 6a terecht kwam. Ik vond het wel pittig voor een 5a, maar toch kwam ik redelijk makkelijk bij de standplaats. Later, beneden, toen ik in de topo keek, zag ik pas wat ik gedaan had.

Desondanks had “een zesje in Freyr” nog altijd een magische klank voor mij. Dat ik in de tussenliggende jaren in allerlei andere gebiedjes allerlei zesjes geklommen had deed daar niets aan af. Dus ik was al helemaal trots met mijn prestaties van die ochtend: een 6b bijna voorgeklommen en wel getoproped, en een andere 6b helemaal voorgeklommen. En nu moest ik opeens een 6c in! Gelukkig mocht ik 'm wel topropen. Einde intermezzo.

Cap'taine Cœur begint redelijk eenvoudig. Maar gaandeweg wordt 'ie steeds lastiger. En een beetje overhangend. En dus zwaarder. Ik kwam nog verbazingwekkend ver voor ik mijn eerste bloc vroeg. En zelfs daarna ging het nog redelijk goed. Tot de sleutelpas, die heb ik heel wat keertjes moeten proberen. Maar ik kwam er uiteindelijk redelijk netjes doorheen! Daarna nog een lastig stapje, en hoera: mijn eerste 6c in Freyr! Toprope, weliswaar, maar toch.

We sloten af met a l'Ombre des Cocotiers, een 6a. Ik klom 'm als tweede voor. Hij begint relatief makkelijk. Maar bijna bovenaan is 'ie een kleine twee meter opeens anders van karakter, moeilijker. Na een aantal mislukte pogingen om erdoor heen te komen besloot ik me aan het setje op te trekken, om in ieder geval het touw in te hangen. Uiteraard kwam ik er daarna opeens wel doorheen. Bah.

maandag 9 november 2009

Weekeindje Freyr - 1

Afgelopen weekend ben ik weer eens gaan klimmen in Freyr. Het is nogal een tijdje geleden dat ik daar was. Ik denk dat de vorige keer in oktober 2005 was, toen Roos en Remy AKI-examen deden. Dat is ruim vier en een half jaar geleden!

Er hadden zich elf mensen ingeschreven voor dit weekend. Daarvan gingen er twee het instructeurs-examen doen. Er gingen ook twee beginners mee, want de examenkandidaten moeten laten zien dat ze les kunnen geven aan beginners. De examinator kwam van een andere afdeling, maar als tegenprestatie leverden wij een examinator voor twee mensen van die afdeling, die ook dit weekend examen deden. Zo waren er van onze elf deelnemers vijf met examens bezig. We waren met zes mensen over die gewoon gingen klimmen.

De examen-mensen moesten zaterdagochtend om half elf klaar staan. Twee van hen reden met mij mee. Omdat we geen zin hadden om heel vroeg uit Nederland te vertrekken waren we vrijdagavond al gegaan. ('t Is overigens niks vergeleken met mijn instructeurs-examen. Ik moest toen om half negen 's ochtends al klaar staan. Ik was om vijf uur 's nachts van huis vertrokken.)

We sliepen die nacht in het hutje te Freyr. Dat is in de winter best wel comfortabel. En lekker rustig, want er gaan 's winters niet zoveel mensen klimmen in Freyr.

Het hutje te Freyr


Er is aan de buitenkant stromend water, een wc en zelfs een douche. Maar binnen is 't een primitief hutje. Er is geen keuken ofzo. We wilden voor het slapen gaan nog wel even een kopje thee drinken, en Nans had daarvoor haar brandertje meegenomen. Jammer genoeg had ze geen lucifers meegenomen. Geen thee, dus.

Net toen ik bijna sliep kwamen er nog andere mensen binnen. Gelukkig deden ze heel stil en had ik geen last van ze.

donderdag 5 november 2009

xkcd en Laos

Dit kan ik natuurlijk niet onvermeld laten:

xkcd is een heel leuke online comic strip. Hoewel je misschien wel een beetje een nerd moet zijn om 't te waarderen (of om 't überhaubt te begrijpen).

Er is nu een papieren versie van deze strip uitgebracht. En van de opbrengst wordt een school in Laos gebouwd!

maandag 5 oktober 2009

De buit is binnen

Ik was dus eerste geworden in de vijfde trede van de boulderladder. Onder de winnaars zou een prijs worden verloot: een Bionassay helm, geschikt voor klimmen. Ik moest daarvoor om negen uur 's avonds in de klimhal aanwezig zijn.

Maar ik was pas vlak voor zeven uur klaar op kantoor. En toen moest ik Philip nog ophalen. En thuis eten. Al met al trok ik om 20:35 de voordeur achter me dicht. Als ik een beetje zou kunnen doorrijden dan zou ik precies op tijd zijn. Maar toen ik de snelweg opreed kreeg mijn optimisme het zwaar te verduren. Er was een ongeluk gebeurd, er stond file. 't Zag er ernstig uit, maar later las ik op nu.nl dat het wel meeviel. De file viel ook reuze mee, ik heb nauwelijks stil gestaan en al na een paar honderd meter was de weg weer helemaal vrij. 't Was nog wel even druk op de parkeerplaats van de Uithof, maar ik kon toch snel een plaatsje vinden. Uiteindelijk wandelden Philip en ik vlak na negen uur de klimhal binnen.

In de klimhal was echter niets te merken van een prijsuitreiking. En het was wel druk, maar ik herkende alleen Jos. Hij maakte kans op een pofzak, omdat hij de enquete van de bouldercompetitie ingevuld had. Philip en ik gingen maar een beetje boulderen.

Ergens tussen 21:30 en 22:00 ging Jos maar eens vragen hoe het met de prijsuitreiking stond. Bleek dat ze het gewoon vergeten waren! Maar eind goed, al goed, want Jos was de enige gegadigde voor de pofzak, en ik de enige voor de helm. Dus die werden even later overhandigd, gelukkig zonder uitgebreide ceremonie. Thuis mocht Philip traditiegetrouw als fotomodel optreden voor de blog-foto.

Nieuwe helm

dinsdag 29 september 2009

Weer gewonnen!

De boulderladder van de Klimmuur Den Haag bestaat nog steeds. Ruim twee jaar geleden was 't me gelukt om als eerste te eindigen in trede vier. Ik won er zelfs een prijs mee. En nu ben ik de eerste in trede vijf! (Dat is vooruitgang. Als je bovenaan in trede vier eindigt, dan promoveer je naar trede vijf.)

Bewijs


Bij het ter perse gaan van dit blogbericht stond de uitslag nog niet op de website van de Klimmuur, maar dat zal vast nog wel komen.

Eeuwige roem! Nou nog maandag aanwezig zijn, dan win ik misschien zelfs een helm.

maandag 21 september 2009

Astronomieles

Niet zo lang geleden had Bever een aanbieding: de Fenix TK11. 't Is een handzame zaklamp die maar liefst 225 lumens doet. Ter vergelijking: de Petzl Myo XP, toch ook geen kinderachtige lamp, doet 150 lumens in Boost Mode. (Ok, 't is een stuk minder dan de 350 lumens van het monster van speleogids Paul, maar 't is toch een heleboel licht.)

Fenix TK11


“The Fenix TK11 (Tank) series features a powerful, solid, durable, and waterproof design intended for rugged outdoor and military use.” Zoiets moois in de aanbieding, inclusief twee accu's en een oplader, dat kon ik natuurlijk niet laten liggen. En hij doet 't inderdaad prima.

Waar gebruik ik nou zo'n lamp voor, zal je je afvragen. Nou, voor astronomieles bijvoorbeeld. Ik had Philip al eens uitgelegd dat de zon van Laos naar Nederland gaat, en dan door naar Amerika, en dan weer naar Laos. Als het avond is in Laos, dan is het middag in Nederland. Dat soort dingen. Dat kon ik mooi toelichten (haha, letterlijk) met mijn nieuwe lampje en de oude globe.

Astronomieles


Philip weet nog niet alles van astronomie. Zo stonden we zondagavond in de tuin. Ik moest namelijk nog even zijn speelgoedtent opruimen. Maar het was al donker. Philip kwam op het idee om me bij te lichten met mijn nieuwe lamp. Dat mocht, en het lukte Philip om niet de hele tijd met de lamp in mijn gezicht te schijnen. Ik kon redelijk goed zien wat ik deed. Maar opeens werd het helemaal donker! Dat kwam doordat Philip even naar de sterren wilde kijken, en met de lamp de sterren probeerde bij te lichten…

zondag 20 september 2009

De beker is lichtblauw

Philip kan erg eigenwijs zijn. En hij heeft zo zijn voorkeuren. Zo wil hij bij voorkeur zijn drinken in zijn nieuwe lichtblauwe beker krijgen. Maar zijn nieuwe lichtblauwe beker is soms niet schoon, dus dan wordt 't toch een andere beker. We hebben tientallen andere bekers die ook heel mooi zijn. Maar nee, dat is niet goed, het moet de lichtblauwe zijn en anders drinkt hij het gewoon niet op.

Er is een truuk die soms wel (maar helaas soms ook niet) werkt. Dan zeg ik dat hij z'n ogen dicht moet doen, en dat hij moet denken dat de beker niet roze is maar lichtblauw. Vaak drinkt hij dan helemaal gelukkig zijn appelsap toch op.

De beker is lichtblauw… de beker is lichtblauw…


Toen ik bovenstaande foto gemaakt had en aan Philip liet zien, reageerde hij ietwat verbaasd: “hee, nou is die beker toch roze!” Ik riep maar gauw dat de beker dat heel eventjes voor de foto deed. Toen was het weer goed.

zondag 30 augustus 2009

BAZ! 2009

Het laatste weekend van augustus is zo goed als voorbij, en daarmee is de vierde editie van BAZ! alweer achter de rug.

Het weer leek roet in het eten te gooien; het ging misschien wel regenen. Websites met de buienradar hebben overuren gemaakt. Maar net als vorig jaar hadden we twee prima dagen. Vorig jaar was het heet, te heet eigenlijk; dit jaar mogen we hoogstens klagen dat het een beetje te hard waaide. Dat probeerde ik dan ook: ik zei dat ik ergens uit de wand was gewaaid, maar dat werd weggehoond. Zo hard waaide het niet.

BAZ! 2009


Er waren boulders in alle variaties: van veel te makkelijk tot volstrekt onmogelijk (althans, vanuit mijn subjectieve blik). Zoals gebruikelijk was het niet zo hard gewaardeerd. De meeste zesjes die ik probeerde kon ik vrij makkelijk toppen. En een aantal zesplusjes lukten me ook. Ik heb zelfs een 7a getopt!

Zaterdag, na het boulderen en voor de finales, gingen we met z'n achten eten bij een strandtent. En waar praat je dan zoal over? Nou, vooral over een spannende alpiene expeditie naar de Arwa Tower. Misschien een wat merkwaardig gespreksonderwerp, zo tijdens een boulder-evenement op het strand. Maar ja, vier van de vijf expeditieleden zaten aan tafel.

Daarna kwamen de finales. In voorgaande jaren maakte iedereen die z'n scorebriefje inleverde kans op een plaats in de finale. Dit jaar was dat anders. Er was een aantal kwalificatie-boulders, en daar zaten jurypersonen bij. Als je kans wilde maken op een finaleplaats dan kreeg je een scoreformulier, en als je een kwalificatie-boulder haalde dan tekende zo'n jurypersoon dat daarop af. Toen ik zaterdagochtend mijn goody-bag ophaalde, vroeg Maaike of ik voor een finaleplaats ging. Tuurlijk, dacht ik, waarom niet. Ze waarschuwde nog dat ik dan wel minstens 7b moest boulderen. Hmm. Nou, kom maar op, ik probeer er wel eentje, zei ik. Uiteindelijk heb ik 't scoreformulier niet ingeleverd; het is een beetje suf om een leeg scoreformulier in te leveren.

Ik vond de damesfinale een beetje tam. Misschien waren de finaleboulders net iets te makkelijk. Of de dames net iets te goed. Hoe dan ook, Muriel Sarkany won, net als vorig jaar, en dat was natuurlijk toch een mooie prestatie. De herenfinale was heel spannend. Die werd gewonnen door Wouter Jongeneelen. Hij was de enige die de derde boulder topte. Daarbij moesten de heren een bijna onmogelijke stap over een kaal element maken.

Wij, gewone boulderaars, hebben ook heel aardig geklommen. Soms met hindernissen. Zo werd Roos bijna uit de wand gekegeld door iemand die schuin boven haar uit de wand draaide. Gelukkig liep het goed af en vielen ze geen van beiden naar beneden.

Roos wordt aangevallen


Akshay had ook weinig moeite met de zesplusjes. Hij had meer moeite met zijn teennagel. Die was bijna, maar net niet helemaal, afgescheurd. De EHBO adviseerde hem om een kwartiertje in de zee te gaan weken, maar dat hielp niet. Een stuk tape hielp wel.

Akshay in een zesje


En Nans heeft zichzelf voorbij geboulderd. Haar doelstelling was iets met vijfjes, maar toen ze de meeste vijfjes nogal soepel topte moest ze haar doelstelling al gauw bijstellen naar iets met zesjes.

Nans in een zesje

donderdag 27 augustus 2009

Wow, een CD!

Het gezin Rijstveld bezit tegenwoordig een paar iPods. Ik wilde namelijk gebruik maken van de ‘aux’-ingang van de Prius. Eerst kocht ik een iPod Shuffle (twee gigabyte), maar al gauw was die te beperkt. Dus toen kwam een 160 gigabyte iPod Classic. Ik stopte de iPod Shuffle vol met Thai en Lao muziek en gaf 'm aan Lien. Later kocht ik ook nog een iPod Touch, waarna Lien de iPod Shuffle inclusief muziek verkocht aan een kennis. En nu heeft Lien zelfs een iPhone. Dat betekent overigens dat ik de iPod Touch weer moet verkopen; heeft iemand belangstelling voor een bijna nieuwe iPod Touch (acht gigabyte)?

Als je een iPod of een iPhone hebt, dan gebruikt je iTunes om dat ding te beheren. iTunes is een programma voor op je computer. Het is heel makkelijk om met iTunes je CD-verzameling op de computer en op de iPod te krijgen. Je kan er ook heel makkelijk muziek mee kopen, online via de iTunes Shop. Klik een paar keer en de muziek wordt gedownload. De rekening volgt via je creditcard.

Een week of twee geleden wilde ik wat muziek van INXS kopen. Puur uit jeugdsentiment. Een paar klikken in iTunes later werd het album Swing gedownload. Maar ik wilde ook het album Kick kopen. En dat lukte niet. Na het nodige zoeken vond ik het wel, maar dat was op de Amerikaanse versie van de iTunes Store. En die wilde 't niet aan mij verkopen, omdat ik geen adres in Amerika heb. Bah. En dat gold niet alleen voor INXS, maar ook voor andere muziek. Bah.

De volgende dag klaagde ik hierover bij collega Roene. Hij is namelijk muziekliefhebber, heeft een paar iPods en koopt ook regelmatig allerlei dingen online. Hij adviseerde me om Kick via www.cdwow.nl te kopen. Zo geadviseerd, zo gedaan. En ik keek elke dag vol ongeduld in de brievenbus. Maar na een week had ik nog steeds geen CD ontvangen! Volgens Roene was dat heel gewoon bij cdwow: het kan zo tien dagen duren.

En inderdaad, na tien dagen werd mijn ongeduld eindelijk beloond. Vanmiddag vond ik een pakje van cdwow in de brievenbus! De muziek staat ondertussen al op mijn iPod.

Nu snap ik ook een beetje hoe het komt dat 't zo lang duurde. Op het pakje stond een cdwow-adres in Amerika, en een sticker met een retour-postadres in Duitsland, en daaroverheen een sticker met een retour-adres in Zwitserland.

www.cdwow.nl


Er lag overigens nog iets in de brievenbus: de eerste twee uitgaven van bl.ad o.ver k.limmen. Die had ik ook online besteld, bijna een maand geleden, maar pas vorige week betaald. Heb ik ook wat te lezen.

vrijdag 10 juli 2009

Schaken met een dobbelsteen

Niet zo lang geleden heb ik een poging gedaan om Philip de regels van Mens Erger Je Niet te leren. Hij heeft het redelijk goed onthouden. Dat merkte ik laatst, toen hij met een vriendje aan het spelen was. Ze gingen namelijk schaken.

Althans, ze speelden met schaakstukken op een schaakbord. Die had ik netjes op de juiste manier op het bord gezet. Waarna de kleuter mij om een dobbelsteen vroeg. Ze gingen (min of meer) om de beurt met de dobbelsteen gooien. En de schaakstukken werden keurig netjes evenzoveel stapjes verzet (in willekeurige richtingen) als het aantal ogen dat geworpen was. Als ze een zes gooiden, dan mochten ze een schaakstuk dat nog niet bewogen had verplaatsen.

Schaken met een dobbelsteen

donderdag 9 juli 2009

Kamperen in de slaapkamer

Enige tijd geleden vertelde ik over het einde van het waterbed. Ik benoemde de periode tot het nieuwe bed er was als kamperen in de slaapkamer. Philip heeft laatst laten zien dat je dat ook op een andere manier kan doen. Hij slaapt helemaal gelukkig in zijn eigen tent, in zijn eigen slaapkamer.

Kamperen in de slaapkamer

woensdag 8 juli 2009

Query keywords

Ik krijg via www.statcounter.com een aardige indruk van de zoektermen waarmee men dit blog vindt. Via Google's Webmaster Tools kan ik nog meer zien. En dan kom je soms merkwaardige search queries tegen… Hieronder een korte bloemlezing.

Er wordt wel eens gezocht naar een “krappe spleet”. Ongetwijfeld iemand die belangstelling heeft voor speleologie. Of “natte poes”; dat moet een bezorgde huisdierhouder zijn, die bij mijn verslag van het door de poezen stukgemaakte waterbed terecht kwam.

Een klimvriendin van me heet Lukien. Ik heb haar in twee blogposts genoemd: in februari 2007 en in januari 2008. 't Is blijkbaar een nogal unieke naam, want élke maand zijn er wel een paar mensen die naar “lukien” zoeken en die dit blog op de resultatenpagina zien.

Praten is ook een issue op Internet. Mensen zoeken naar “ze wil nooit meer met me praten” of juist “ik wil meer praten”. Ze komen bij het verslag van mijn Tomtom, waarvan de speaker het niet meer doet.

En er zijn mensen die blijkbaar een brommer of scooter willen hebben, maar daar geen geld voor (over) hebben. Er wordt regelmatig gezocht op “scooter stelen” of iets soortgelijks. Of op de subtiele variant “gratis brommer ophalen”.

maandag 6 juli 2009

Papa is heel cool

Philip heeft ergens een veter gevonden. Hij doet 'm om zijn been, zijn schouder en zijn middel. Maar dan moet de veter vastgeknoopt worden, en dat kan hij niet zelf. Dat moet papa doen. Gelukkig heeft papa de nodige ervaring met touw, dus leg ik moeiteloos een strikje. Philip is helemaal gelukkig. “Papa, jij kan echt heel goed een veter strikken. Jij bent echt heel cool.”

zondag 5 juli 2009

Welke kleur heeft...

Philip en ik spelen soms het spelletje “welke kleur heeft…” Dan noemt de één een ding en moet de ander zeggen welke kleur dat ding heeft. Zonder dat je dat ding kan zien, anders zou het te makkelijk zijn.

Er passeren allerlei voorwerpen de revu. De auto van papa (blauw), de fiets van Philip (geel), Spiderman (rood en blauw dan wel zwart). Maar soms maakt Philip het me echt té makkelijk. Zo vroeg hij wat de kleur is van de witte stoel. En later vroeg hij naar de kleur van het rode kussen.

zondag 28 juni 2009

Vakantiekadootje

Oom Jaap is op vakantie geweest. Naar Amerika. En hij heeft een kadootje voor Philip meegenomen: een kentekenplaat uit California.

Fiets met kentekenplaat

woensdag 3 juni 2009

Rocksport Buis-les-Baronnies als Gezinslid

Twee jaar geleden, in het voorjaar van 2007, was er een niet-klimmer mee met de Rocksport: Nans had haar M meegenomen naar Orpierre. Hij ging lekker fietsen. Een half jaar later was er weer een verstekeling: Ivo en Sabine namen hun baby mee. De Rocksports van 2008 waren zonder aanhang, maar bij de Rocksport van dit voorjaar was het weer goed raak. Martijn had zijn vrouw en hun baby meegenomen, en ik had Lien en Philip meegenomen. Op de acht klimmende deelnemers waren er vier niet-klimmers.

Nans had gezegd dat de Rocksport-Bus alleen voor Klimmers was. Ik kan me daar wel wat bij voorstellen, hoor. Je doet de medereizigers nogal wat aan als je ze twaalf uur lang met Philip opsluit in een busje. Maar daardoor moest het gezin Rijstveld met de eigen auto helemaal naar Buis-les-Baronnies rijden. En terug.

De heenreis deden we 's nachts. De passagiers sliepen het grootste deel van de reis, zodat ik eigenlijk geen last van ze had. Toen we in de buurt van de bestemming kwamen vonden we een supermarktje en een boulangerietje, zodat we even later, in het ochtendzonnetje, lekker stokbrood met franse kaas zaten te eten. Laos is een kolonie van Frankrijk geweest, en ze hebben er nog steeds stokbrood. Dat kent Lien dan ook wel, en ze lust het graag.

We kwamen natuurlijk toch gebroken aan bij de camping. En ook nog als eersten van de groep. Zodat ik in gebroken frans met de campingbeheerder moest praten. Enfin, dat lukte aardig, en niet veel later wierp ik de tent in de lucht. Al gauw lag men te luieren.

Vakantie!


Het was prachtig weer, maar de weersvooruitzichten voor de volgende dag waren niet zo mooi. Lien besloot dat ze niet meer wilde kamperen; ze wilde een huisje. Dus ik moest weer in gebroken frans gaan overleggen. Gelukkig waren er nog een paar mobile homes te huur. En achteraf moet ik erkennen dat dat toch wel heel fijn was. We hadden lekker de ruimte, goede bedden, een eigen keukentje, een eigen badkamer en een eigen toilet.

Ons vakantie-onderkomen


Het kostte nog wel wat moeite om Lien van eten te voorzien. Het westerse eten dat in de groep gekookt werd vond ze niet zo geweldig. Gelukkig konden we in het campingwinkeltje rijst kopen. Verder was er eigenlijk niets in de buurt; de camping was een beetje in the middle of nowhere. Het kwam dan ook goed uit dat er nog een gezinnetje was. Konden ze mooi samen met de auto boodschappen gaan doen.

Philip moest ook tevreden gehouden worden, natuurlijk. Vlak voor ons mobile home stond een kloeke boom met een mooie, min of meer horizontale tak. Daar kon ik mooi een schommel maken. Philip vond het geweldig.

Schommeltje


De camping had ook een zwembad. Philip kon nog niet zwemmen, en hij is sowieso een beetje bang voor water. Maar net zoals een jaar eerder in Thailand wilde hij graag samen met papa het water in. En er was een Piratenboot! Die was niet in het water, dus daar wilde Philip eindeloos in spelen.

Piratenboot


Halverwege de week heb ik een rustdag genomen. Het gezin Rijstveld ging een dagje naar Avignon. We hebben er wat rondgeslenterd. Toen we daar genoeg van hadden vonden we een mooi parkje waar we konden lunchen. En waar we voor Philip een skelter konden huren; dat was een groot succes.

Skelteren in Avignon


's Avonds reden we naar Orange, om in een echt restaurant te eten. 't Was niet een aziatisch restaurant, maar een gewoon Frans restaurant; toch heeft Lien heerlijk gegeten.

De terugreis naar Nederland deden we overdag. Met veel lange pauzes. We waren daardoor pas heel laat thuis, maar de reis verliep daardoor ook redelijk harmonieus. Dat wil vooral zeggen: de kleuter gedroeg zich redelijk goed, hij was nauwelijks vervelend.

Al met al was het een Rocksport met een heel ander karakter dan wat ik gewend was. Ik moest mijn tijd verdelen tussen klimmen en de groep enerzijds, en mijn gezinnetje anderzijds. Het was voor de helft een Rocksport, en voor de helft een gewone vakantie met vrouw en kind. Het is ons niet slecht bevallen. Maar als het minder mooi weer zou zijn geweest, of als we niet in een mobile home hadden gelogeerd, dan was het veel minder leuk geweest voor Lien en Philip.

dinsdag 2 juni 2009

Maskerade

Ik ben een cultuurbarbaar. 't Is niet dat ik Cultuur niet leuk vind, maar het krijgt gewoon niet zoveel prioriteit bij mij. En daardoor weet ik er ook niet zoveel van. Zeker niet van opera. Dus al gauw nadat ik in Maskerade was begonnen, wist ik dat ik een boel zou missen.

Maskerade is het zoveelste Discworld-boek. 't Gaat dus over opera. Het is toch een leuk boek, en ik vind het jammer dat ik 't alweer uit heb. En ik heb, ondanks mezelf, heel wat subtiele en zelfs minder subtiele verwijzingen naar echte opera en Cultuur begrepen. Misschien ben ik niet helemaal een cultuurbarbaar.

Ondertussen heeft Lien een stapeltje cd's met Thaise televisieseries op de kop getikt. Net toen ik Maskerade uit had, was er een Thaise heer viool aan het spelen. ‘Memory’, van de musical Cats (die uiteraard ook zijdelings genoemd wordt in Maskerade). En laat dat nou net één van de weinige culturele dingen zijn die ik heb meegemaakt. Ruim twintig jaar geleden, in Carré. Wat een toeval.

dinsdag 26 mei 2009

Bewaking - 2

In het vorige bericht beschreef ik dat het heel handig kan zijn om Philip even iets te laten bewaken. Hij heeft 't ondertussen begrepen, en maakt er zelf ook goed gebruik van. Althans, dat probeert hij.

Gisteren moest ik even iets bij oom Jaap ophalen. Daar ben ik toch al gauw één à anderhalf uur mee zoet. En dat is te lang om Philip alleen thuis te laten. Maar Philip wilde niet mee. Hij wilde graag thuis blijven. “Ik ga het huis bewaken, samen met poes Casper en poes Hobbes.”

Ik heb het maar nagevraagd bij de poezen. Gelukkig vonden die het niet zo hard nodig dat Philip ze zou helpen met het huis te bewaken. Toen stemde Philip ermee in om met mij mee te gaan. Onder protest, maar toch.

Toen we aangekomen waren bij oom Jaap was Philip zijn tegenzin vergeten. En oom Jaap bleek een gewillig speelkameraadje. Tot Philip z'n grote plezier mocht hij oom Jaap eindeloos vaak omver duwen.

woensdag 20 mei 2009

Bewaking

Het kan heel nuttig zijn om iets te bewaken. Niet alleen voor het bewaakte, maar ook voor de bewaker. Neem als voorbeeld de Night Watch, van Terry Pratchett's Discworld. De leden van deze politiedienst spenderen hun kostbare tijd regelmatig met het bewaken van grote bruggen en andere serieuze infrastructurele werken. Die zijn dan ook nog steeds niet gestolen. En de Night Watch heeft zich daardoor niet in gevaarlijke situaties hoeven te begeven. Zoals het sussen van een café-ruzie.

Ik maak ook wel eens nuttig gebruik van bewaking. Als ik bijvoorbeeld eventjes Philip niet in de gaten kan houden. Dan verzoek ik hem om even een boom te bewaken. Of een ander bewakenswaardig object. Philip blijft dan netjes in de buurt van dat object, en rapporteert bij mijn terugkomst dat niemand de boom heeft gestolen.

woensdag 13 mei 2009

Rocksport Buis-les-Baronnies als Chauffeur

De voorjaars-Rocksport van 2009 was bij Buis-les-Baronnies. Dat is in het zuiden van Frankrijk, ergens tussen Avignon en Gap. Meestal gaan we naar zo'n locatie met één of twee busjes, en twee of drie chauffeurs per busje. Elke chauffeur rijdt een paar uur, en wordt daarna afgelost zodat 'ie kan gaan slapen (voor zover dat lukt in een busje).

Maar dit keer ging ik met mijn eigen auto. Dat deed ik vorig jaar ook, en toen waren we met vier chauffeurs. Dit keer was ik de enige chauffeur. Ik moest het hele eind zelf rijden. Dan is het opeens best wel ver.

Ik had al besloten om 's nachts te rijden. Dat doen we wel vaker; het is dan lekker rustig op de weg. Maar ik moest wel wakker blijven. Gelukkig drink ik bijna nooit koffie, dus met twee kopjes bleef ik bijna de hele nacht klaarwakker. Pas om een uur of zes kreeg ik het wat moeilijk. Toen heb ik een half uurtje in de auto geslapen, en daarna ging het weer prima.

In het verleden heeft mijn TomTom uitstekende diensten bewezen tijdens de Rocksports. De TomTom is uit bedrijf genomen, want mijn huidige auto heeft een ingebouwd navigatie-apparaat. En die doet het ook prima. Ik kon bijvoorbeeld moeiteloos de camping vinden. Op hun website staan de coördinaten, die kon ik (zij het na een conversie) intikken en de rest wees zichzelf. Ideaal.

Tijdens de week zelf ben ik één of twee keer met het busje naar de rots gegaan, en de andere dagen met mijn eigen auto. Met de eigen auto gaan heeft voordelen: je hoeft geen rekening te houden met waar de anderen naartoe willen, en je kan vertrekken wanneer je zelf wilt. Maar met het busje meerijden is natuurlijk ook wel erg makkelijk.

We zijn tussendoor een dagje naar Avignon gegaan. Ook toen moest ik weer elke meter zelf rijden. 't Is best wel leuk rijden; het is voor het grootste deel niet snelweg. Maar ook dat gaat vervelen. Zeker op de terugweg, als het donker is en ik moe begin te worden.

Wat dat betreft zag ik op tegen de reis terug naar Nederland. Maar dat viel reuze mee! We reden overdag, en we deden lekker rustig aan. Relatief veel pauzes, relatief lange pauzes. Het verkeer werkte ook prima mee. Alleen bij Lyon hadden we een paar kilometer een beetje file; verder konden we overal goed doorrijden. We waren pas rond elf uur 's ochtends vertrokken, en we kwamen pas rond twee uur 's nachts aan bij huize Rijstveld. Toen was ik toch wel moe.

Al met al was het een hele klus. Ik ga liever met een busje. Maar het was nou ook weer niet zo heel erg. Als ik nog een keer dat hele stuk zelf zou moeten rijden, dan zou ik het wel weer doen.

maandag 11 mei 2009

Rocksport Buis-les-Baronnies: Inleiding

Eind april was er weer de traditionele Rocksport. Elk voorjaar en elk najaar gaan we een weekje rotsklimmen, ergens waar het al c.q. nog lekker warm is. Het is ongetwijfeld ondertussen bekend bij de oplettende lezertjes. En daarmee heb ik meteen een probleem. Hoe kan ik nou zo'n klimvakantie beschrijven zonder in herhaling te vallen? Hoe hou ik het boeiend voor mijn lezers? Ook, misschien wel vooral, voor de niet-klimmers onder mijn lezers?

Ik heb geprobeerd om steeds een andere benaderingswijze te kiezen. Dit blog is ontstaan vlak na de voorjaars-Rocksport van 2007. Voor het beschrijven van die Rocksport beperkte ik me tot een impressie, door het publiceren van een aantal SMSjes. Van de najaars-Rocksport van datzelfde jaar heb ik op de meest voor de hand liggende manier verslag gedaan: chronologisch, verspreid over een aanzienlijk aantal blogposts.

De beschrijving van de Rocksport van voorjaar 2008 heb ik in thema's gedaan: het weer, de camping, de massieven et cetera. De Rocksport van najaar 2008 was voor mij de minst geslaagde. Ik kwam een dag later dan de rest, ik was ziek, en ik ging een dag eerder dan de rest terug. Waarschijnlijk is het daarom dat ik 'm maar heel summier heb beschreven, middels een korte samenvatting.

St-Julien
Voor de net afgelopen Rocksport heb ik weer een andere vorm gevonden. Ik heb er niet eens heel lang over hoeven nadenken. Maar nu moet ik het concept nog gaan uitwerken, en de eigenlijke verhaaltjes schrijven…

zaterdag 9 mei 2009

18... 19... 20!

Philip kan uitstekend tellen. En dat doet hij graag. Hij gaat spontaan het aantal politieagenten op de stoep tellen (drie). Of het aantal zitplaatsen in de auto (vijf).

In tegenstelling tot sommige oude culturen heeft hij geen enkele moeite met het begrip ‘nul’. Hij weet dat 't vòòr de één komt. Maar dat wil niet zeggen dat hij ‘nul’ helemaal goed begrijpt. Soms, als hij wel moet maar niet wil gaan slapen, roept hij “eerst nog nul keer spelen!”

In de andere richting telt hij het liefst tot negentien. Hij kan wel verder, maar dat is nog een beetje moeilijk. Dan is het altijd wel fijn als papa helpt. En precies daar was laatst een doorbraak: hij heeft geëxtrapoleerd. Er is één-en-twintig, twee-en-twintig, drie-en-twintig, et cetera. Dus na de negentien komt…: nul-en-twintig.

donderdag 7 mei 2009

Philip speelt mens-erger-je-niet

Philip houdt van spelletjes. Zo wil hij regelmatig mens-erger-je-niet spelen. Dat doet hij dan meestal in z'n eentje. Hij gooit soms eens wat met een dobbelsteen, hij zet de pionnen her en der neer (soms zelfs op het bord), maar wat de dobbelsteen aangeeft en hoe de pionnen bewegen heeft weinig met elkaar te maken. 't Is allemaal nogal onreglementair.

Ik vond het laatst tijd om hem de regels te leren.

Het kostte wat moeite om de juiste kleuren te kiezen: steeds als Philip een kleur gekozen had vond hij een andere toch mooier. Hij wilde vooral de kleur die ik gekozen had. Toen we daar eindelijk uit waren (Philip rood en ik geel) ging het eigenlijk best wel goed.

Mens erger je niet


We gebruikten een oud spel waarmee ik als kind nog in de auto van mijn ouders gespeeld heb. 't Is hobbelvast en er is een ingebouwde dobbelsteen. Maar na een tijdje wilde Philip toch een losse dobbelsteen; daar kan je veel lekkerder mee gooien. En dat kwam goed uit, want ik moest soms het geluk een beetje helpen. Daarbij kwam het goed uit dat Philip de dobbelsteen af en toe ver weg gooide: dan kon ik ongemerkt een drie in een zes veranderen.

Gedurende het spel ging het redelijk gelijk op. Ik hoefde niet eens zo heel vaak vals te spelen in zijn voordeel. Het lastigste was nog wel dat Philip veel te sociaal is. Hij stelde regelmatig voor dat mijn pionnen op bezoek kwamen bij zijn eindvakjes. En soms wilde hij mijn pionnen verzetten, of zelf achteruit lopen.

Philip vond het geweldig als de ene pion bovenop de andere kwam, zodat de onderste pion terug moest naar het begin. Zelfs als één van zijn eigen pionnen het onderspit delfde.

Het eindspel was nog even spannend. We hadden allebei drie pionnen binnen, en de vierde was bijna binnen. Gelukkig gooide ik steeds net teveel; en op het laatst gooide Philip precies de één die hij nodig had.

dinsdag 5 mei 2009

Philip wil nobsteen

Er zijn dingen waar ik niet zo goed in ben. Zo neemt collega Roene tegenwoordig steeds een cryptogrammetje mee naar de lunch. Ik draag meestal niet echt bij aan de oplossing; het gebeurt maar heel soms dat ik een woord kan verzinnen.

En Philip kan het me ook heel moeilijk maken. Zo moest hij laatst gaan slapen. Daar protesteerde hij niet eens tegen. Maar hij wilde nog wel wat eten, ofzo. Een nobsteen. Wat is dat nou weer? Nou, om in je mond te stoppen, verklaarde Philip. Hmm, daar kwam ik niet veel verder mee. Volgende hint: ze liggen in de keuken. Maar Philip wist ook niet precies waar. Het bleef minutenlang een raadsel voor mij, en Philip raakte steeds gefrustreerder door mijn onbegrip.

Na een tijdje bedacht ik me dat dergelijke verzoeken meestal niet zomaar uit de lucht komen vallen. Dus ik vroeg wie er zoal nog meer nobstenen heeft. Ruben! Toen pas viel het kwartje. Buurjongentje Ruben heeft nog regelmatig een fopspeen in zijn mond.

vrijdag 1 mei 2009

Te snelle conclusies

Het is vaak erg moeilijk om gefundeerde beslissingen te nemen. Meestal heb je gewoon te weinig informatie, waardoor een beslissing eigenlijk een slag in de lucht is. Of je hebt teveel informatie, en te weinig tijd. Als een vogeltje iets ziet dat op een poes lijkt, dan neemt 'ie de vleugels. Voor de zekerheid neemt het vogeltje ook maar de vleugels als er iets plotselings gebeurt - het zou immers wel eens een poes kunnen zijn.

Niet alleen vogeltjes werken zo. Ook mensen. We redeneren met ‘defaults’, aannames. Als een aanname meestal klopt, dan is het vaak niet de moeite waard om in elke situatie te controleren of het inderdaad zo is.

Dat leidt (helaas) onder meer tot vooroordelen. Het is erg makkelijk om iemand te be- of veroordelen op zijn of haar uiterlijk, op de eerste indruk die je van hem of haar hebt. Maar als je de moeite neemt om wat verder te kijken dan blijkt dat dat eerste oordeel vaak niet klopt. Daarom hou ik niet zo van vooroordelen. Maar ook ik ben er niet immuun voor.

Een tijdje geleden ging ik boodschappen doen. Ik parkeerde de auto op het parkeerdak van de supermarkt. Je kan met de trap naar beneden, maar Philip wilde natuurlijk met de lift. Er ging net een liftdeur open. Er stond al een aziatische heer in de lift, en hij ging niet de lift uit. In plaats daarvan keek hij een beetje verward uit zijn ogen. Dat kunnen Chinezen e.d. om de één of andere reden heel goed. Philip en ik stapten in en we drukten op het knopje om naar beneden te gaan. De deur ging weer dicht. De aziatische heer bleef verward uit zijn ogen kijken. Ik concludeerde maar alvast dat hij ze niet allemaal op een rijtje had, of het principe ‘lift’ niet helemaal begreep ofzo.

Maar al gauw bleek dat ik het bij het verkeerde eind had. De lift was namelijk stuk. De deuren gingen wel open en dicht, maar naar beneden gaan was er niet bij. Ik denk dat ik ook even heel vaag uit mijn ogen gekeken heb.

vrijdag 24 april 2009

Lastige vraag

Philip en ik zijn bij het winkelcentrum. We wandelen terug naar waar de auto geparkeerd staat. We lopen langs een auto die aan het inparkeren is. Philip ziet dat die auto wat schade heeft. Dat laat hij weten aan de dame die achter het stuur zit. De dame legt vriendelijk uit dat de auto een klein ongelukje heeft gehad.

Dan vraagt het jongetje op de passagiersstoel of ik getrouwd ben (huh?). Nee, dat ben ik niet. O, zegt het jongetje, waar komt dat kind (Philip) dan vandaan?

maandag 20 april 2009

BBQ met hindernissen

Philip en ik liepen in de supermarkt. We beraadslaagden wat we zouden gaan eten. Ik stelde spontaan voor om eens te gaan barbeque-en, en Philip stemde daar meteen mee in. En daar was meteen de eerste hindernis: huize Rijstveld beschikt niet over een werkende bbq. Er waren er ooit twee, maar die hebben we al jaren niet meer gebruikt. Afgelopen weekend heb ik de ene zelfs weggegooid; die was te ver verroest om nog gebruikt te worden. En de andere is hard op weg in dezelfde richting, en hoe dan ook te vies om op korte termijn, zonder grote schoonmaakinspanning, te gebruiken.

Gelukkig vond ik bij de AH een bbq voor eenmalig gebruik, en die kostte maar een paar euro. Nog voordat ik had afgerekend vond ik achterin de winkel een ‘echte’ bbq. Die was ook nog in de aanbieding. Dus gauw de wegwerp-bbq teruggelegd en de duurzame bbq in het karretje gelegd. Het karretje was meteen vol. Er zat zelfs een bbq-kookboek bij; altijd handig. Kolen en aanmaakblokjes hoefde ik niet te kopen want die had ik nog in de schuur.

Vervolgens gingen we de ingrediënten uitzoeken. Het werden: twee prefab-spiesjes met diverse stukjes varkensvlees, een pakje mini-hamburgertjes, een stokbrood (afbak, want de rest was op), boursin en een komkommer. De spiesjes bestonden onder meer uit worstjes, en dat was de voornaamste reden voor Philip om de spiesjes goed te keuren. Maar er zat ook groen spul tussen (stukjes paprika), en hij zei al meteen dat hij daar geen belangstelling voor had.

Thuis kwam de volgende hindernis: het bleek dat de bbq niet compleet was. Er ontbrak onder meer een pootje. Dus snel terug naar de AH, en daar kreeg ik meteen een nieuwe. Die was wel compleet.

De nieuwe barbeque


Toen moest de barbeque aangestoken worden. Dat ging prima; de oude aanmaakblokjes deden het nog uitstekend. Na enige tijd was de vlammenzee gedoofd en lagen de kooltjes lekker te gloeien. Maar het bleef nog een hele tijd te heet. Het stukje stokbrood dat ik als proef op het rooster legde was al gauw verbrand. Even later ging het wel goed, en de stukjes stokbrood lukten prima.

Ondertussen bood de volgende hindernis zich alweer aan: de buitentemperatuur daalde snel. De kleuter vond het te koud worden. Hij wenste naar binnen te gaan en Cartoon Network te kijken. Ik legde hem uit dat hij moest oefenen voor de kampeervakantie. Gelukkig heeft hij toen nog een tijdje buiten gezeten, met zijn Cars-fleecedeken lekker om zich heen. Maar uiteindelijk is 'ie toch binnen op de bank gaan liggen en Cartoon Network gaan kijken. Met een paar stukjes stokbrood met Boursin.

Binnen bbq eten


Helaas daalde niet alleen de buitentemperatuur snel. De bbq was ook al gauw te koud, en de spiesjes werden niet gaar. Alweer een hindernis, dus. Er moesten gauw nieuwe kooltjes bij. Daarna ging het weer beter. De spiesjes en de tweede lading stokbroodjes deden het uiteindelijk prima.

Maar toen bleek een nadeel van de mini-hamburgertjes. Toen ik ze omkeerde viel eentje dwars door het rooster heen, en landde tussen de gloeiende kooltjes. Alwaar die lekker ging sputteren.

Gevallen hamburgertje op ca. zeven uur


Ondertussen had Philip gedeclameerd dat hij klaar was met eten. Na slechts twee stukjes komkommer, een halve mini-hamburger en een glas appelsap. Zijn buik was vol, zo verklaarde hij. Maar meteen daarna meldde hij dat hij zin had in onder meer chips en snoepjes. Ik confronteerde hem met de inconsistentie van zijn opmerkingen. Daar moest hij even over nadenken. Toen besloot hij kennelijk dat ‘geen snoepjes’ minder erg was dan ‘wel vlees en komkommer’, want hij zeurde verder niet meer. Uiteindelijk wist ik er nog een half worstje in te krijgen.

woensdag 15 april 2009

Pijn

Ik haal Philip op bij de naschoolse opvang. Het is lekker warm; iedereen zit buiten. Philip is blij als hij me ziet. Maar al gauw klaagt hij over pijn aan zijn vinger. Inderdaad, hij heeft een beetje een rood plekje. Hij wil een pleister. Dat krijgt hij niet. Hij blijft erover zeuren tot we thuis zijn. Dan ziet hij zijn buurjongetje, en meteen is hij zijn pijn vergeten. Hij gaat lief spelen.

Na het eten herinnert Philip zich opeens dat hij pijn aan zijn vinger had. Maar hij weet niet meer waar de pijn is. Hij kijkt verbaasd al zijn vingers na, maar hij kan 't niet meer vinden.

Wat later mag Philip nog even in het speeltuintje spelen. Hij valt een klein stukje van het klimrek. Hij roept “Even kijken of het pijn doet!” Hij stroopt zijn ene broekspijp op, kijkt kritisch zijn been na, ziet niks geks, en concludeert dan dat hij geen pijn heeft.

zondag 12 april 2009

Roze

Philip groeit alsmaar, zodat zijn autostoeltje te klein begon te worden. Daarom zijn we vorige week maar eens een nieuw autostoeltje gaan kopen. Philip wist al wat voor een het moest zijn: een rode. Maar de twee autostoeltjes die rood waren hadden kennelijk de verkeerde kleur rood. Toen begon hij enthousiast op een roze stoeltje te wijzen. Ik probeerde hem uit te leggen dat dat een meisjeskleur is, maar dat interesseerde hem niet. Uiteindelijk vond hij in de catalogus een zwarte met rode streepjes, en die was ook nog in voorraad.

Philip heeft ook een paar roze sokjes. Die heten dan ook z'n meisjessokjes. Vanochtend wilde hij perse die meisjessokjes aan. De combinatie is wat merkwaardig: hij heeft een onderbroek met militair motief aan, en een idem broek. Daarboven een stoer Spiderman-hemd en een stoer Spiderman-shirt. En daaronder dus een paar roze meisjessokjes. Waar nu weer een paar laarsjes met militair motief overheen gaan.

zondag 29 maart 2009

Buitenlanders

Buitenlanders, ze zien er allemaal hetzelfde uit. Ze kunnen zelfs elkaar niet uit elkaar houden. We gaan lunchen bij Konotori, een Chinees restaurant in Den Haag. Het personeel twijfelt geen seconde: ze spreken Lien meteen in het Chinees aan. Maar dat is niet zo zinvol, want ze spreekt nauwelijks meer Chinees dan ik. En ik spreek helemaal geen Chinees.

donderdag 26 maart 2009

Philip wil niet gezond

Vorige week, 's ochtends, op een doordeweekse dag. Ik plukte Philip uit zijn bed. Maar ojee, hij moest steeds hoesten, en het klonk niet zo goed. Hij was al een paar dagen een beetje aan het kuchen, en het werd steeds erger. Hij was bovendien nogal warm; misschien had hij wel koorts. Ik besloot dat hij niet naar school hoefde. Hij mocht een dagje thuis blijven.

Dat vond Philip wel goed. Hij wilde niet in bed blijven liggen. Nee, hij greep de gelegenheid om de hele dag met de Wii te spelen met beide handen aan. Dus terwijl ik mijn lunchpakketje aan het smeren was, zat de kleuter op de bank. Ik weet niet meer welk spelletje hij speelde, 't zal wel Mario Kart zijn geweest.

Toen zei hij opeens: “Ik wil niet gezond, dan krijg ik het warm.” 't Duurde even voordat ik die uitspraak ontcijferd had. Wat was het geval? De gordijnen waren half open, en hij zat in de zon. En dat wil hij nooit, dat is om de één of andere reden vreselijk. Je krijgt het in ieder geval warm als je in de zon zit. Ik deed de gordijnen dicht, en Philip was helemaal tevreden.

dinsdag 17 maart 2009

Philip 's ochtends

Dit stukje heet weliswaar ‘Philip 's ochtends’, maar eigenlijk begint het al op de avond daarvoor met deze dialoog:

Philip: Papa, moet ik morgen naar school?

Ik: Ja.

Philip: Maar dat wil ik niet, dus ben ik ziek.

De volgende dag verslaap ik me een beetje. Philip komt even na half acht onze slaapkamer binnenwandelen. Hij kruipt bij ons in bed. Ik draai me nog één keer om, en dan sta ik op.

Ik: Ik ga nu opstaan. En jij moet zo ook opstaan.

Philip: Nee, want ik wil niet naar school. <kuch> Zie je wel, ik ben ziek.

Ik: Ga je mee naar beneden?

Philip (helemaal blij): Mag ik dan Wii spelen?

Natuurlijk mag dat niet. Even later draag ik een hevig protesterende kleuter naar beneden.

Philip mag 's ochtends altijd Cartoon Network kijken terwijl hij zijn ontbijt naar binnen werkt. Maar vanochtend wil hij dat niet. Hij wil best wel een boterham opeten, maar ik mag geen boterham voor op school klaarmaken.

Dan besluit hij dat hij de boterham boven wil opeten, bij mama in de slaapkamer. Dat mag, waarom niet. Hij gaat heel lief doen voor mama: hij biedt haar stukjes brood aan, geeft kusjes, zegt hoeveel hij wel niet van haar houdt. Ongetwijfeld in de hoop dat zij z'n ziekmelding wel accepteert. Helaas mislukt de strategie. Even later draag ik weer een hevig protesterende kleuter naar beneden.

Philip begint te begrijpen dat hij écht naar school moet. Hij protesteert steeds minder. Het lukt me om hem aan te kleden. En daarna keurt hij de inhoud van zijn rugzakje goed (een koekje plus drankje voor de kleine pauze, en een lunchpakketje voor tussen de middag).

Niet veel later zijn we op school. 't Is al bijna half negen, en bijna alle kindertjes zijn er al. Gelukkig is er nog een leeg stoeltje van het juiste type. En dan moet papa gauw naar werken gaan (zegt Philip).

maandag 9 maart 2009

Eerste indrukken van de Prius

Mijn ongeduld is eindelijk beloond: afgelopen zaterdag hebben Philip en ik de nieuwe auto opgehaald. We moesten helemaal in Groningen zijn. Gelukkig heeft ICT een vestiging in Groningen, en daar kon ik de Peugeot inleveren. De heenreis konden we dus met de Peugeot doen. De Toyota-dealer kwam ons ophalen voor het laatste stukje.

Oud en nieuw


Ik heb 'm nu drie dagen. Ik heb heel wat eerste indrukken opgedaan. Er staan misschien wat veel negatieve dingen bij, maarja, die vallen me het meest op. Ik ben desondanks heel blij met de nieuwe auto.

Negatieve punten:
  • De achterruit is een beetje klein. Bovendien bestaat 'ie uit twee delen. Daardoor is er een horizontale balk waar je niet doorheen kan kijken. Vooral de richtingaanwijzerlampjes van de auto's achter me zijn daardoor niet altijd even goed te zien. 't Viel me eigenlijk pas in het donker op.
  • De buitenspiegels klappen niet vanzelf dicht. Ik moet het met de hand doen.
  • Het stuur is wel in hoogte verstelbaar, maar kan niet naar voren of naar achteren. Dat was me bij de proefritten ook al opgevallen, dus daar mag ik niet over klagen.
  • Het bedieningspookje van de cruise control draait mee met het stuur. Als ik een bocht maak dan kan ik 'm niet meteen vinden.
  • De cruise control toont de ingestelde snelheid niet. Ik moet de cruise control vastzetten op het moment dat de auto de gewenste snelheid heeft. In de Peugeot kon ik de gewenste snelheid instellen, en dat was toch wel handig.
  • Het navigatiesysteem roept net wat andere aanwijzingen, op net andere momenten, dan de TomTom. Ik vind dat het navigatiesysteem vaak dingen net ietsjes te laat roept. En 't werkt niet zo intuïtief als de TomTom. Daarnaast was de route van huis naar de klimhal bepaald sub-optimaal.
  • Hij roept ‘piep, piep, piep’ als 'ie in z'n achteruit staat.
  • Het automatisch achteruit inparkeren doet het wel, maar dan moet je de auto wel op de juiste plek zetten enzo. Valt niet mee.


Neutrale punten:
  • Ik moet nog aan de voice control wennen. Als ik roep dat de airco aan moet, dan stelt 'ie mijn thuisadres in bij het navigatie-systeem. Als ik roep dat de radio aan moet, dan doet 'ie de airco uit. Als ik roep dat ik de airco op twintig graden wil, dan zet 'ie 'm op dertig graden. Et cetera.
  • Het verbruik bij 120 km/h op de snelweg (met tegenwind en airco aan) was 7,5 liter per 100 km (zo'n 13,3 km per liter). Dat viel me wel wat tegen. Maar het verbruik in de stad en in de file is veel beter (uiteraard).


Positieve punten:
  • De voorruit is lekker groot. Ik heb goed zicht rondom.
  • De buitenspiegels zijn ook lekker groot.
  • De achteruitkijk-camera is erg handig.
  • Ik hoef niet meer te schakelen, en dat bevalt me prima. Ik moet me nog wel af en toe inhouden, want ik probeer soms op het koppelingspedaal te trappen, of de versnellingspook te pakken.
  • Philip mocht in de Peugeot op de voorstoel (in zijn eigen kinderstoeltje). Maar hij kan steeds beter bij allerlei knopjes. En in de Prius is dat nog veel erger. Gelukkig zit er een veiligheidshandleiding bij de Prius, en nu begrijpt en accepteert Philip dat hij niet voorin in de Prius mag.

dinsdag 3 maart 2009

Weer ondergronds - II

Dit is deel twee van het speleo-weekend-verslag. Hier is deel één.

We hadden zaterdag in een steengroeve allerlei speleo-technieken geoefend. Die gingen we zondag in praktijk brengen.

We vertrokken zondagochtend rond tien uur. We gingen eerst nog even een kleine grot bezichtigen. Om in de stemming te komen. En om Mechteld, die niet meeging de echte grot in, toch nog even het grotgevoel te geven. In deze grot konden we gewoon wandelen, zonder te hoeven kruipen en zonder vies te worden. We hadden alleen maar helm en lampje nodig. Deze grot was al vanaf heel lang geleden in gebruik; onder meer tijdens oorlogen en door holenberen. Maar nu woonde er niemand meer.

Parkeren in de modder
Daarna door naar de ‘echte’ grot: de Chantoir de Ronsombeux. Dat is een grot in de buurt van Bomal-sur-Ourthe. We moesten de auto's in een modderpoel parkeren, zodat we al vies waren voordat we de grot zelfs maar gezien hadden.

We bereidden ons bij de parkeerplaats helemaal voor: nog even plassen, regenpak aan, gordel om, laatste hapje eten et cetera. Als je goed op de foto kijkt dan zie je dat Floor al direct uit zijn regenbroek scheurde. Maar dat mocht de pret niet drukken.

Ingang
En dan op naar de ingang van de grot. Die ingang was nog een best eind lopen. We kwamen uiteindelijk bij een relatief onopvallend luik. Onder dat luik is een netjes gemetselde schoorsteen, een meter of drie diep, met een laddertje. Tot zover viel dat speleo-gedoe eigenlijk best wel mee.

Maar toen begon het. Er waren nog andere speleologen in de grot. En die zaten vast in de uitgang. Het kostte onze gids misschien wel een half uur om ze los te krijgen. Nou, dat beloofde wat…

Toen de andere speleo's bevrijd waren gingen wij één voor één de schoorsteen in. Daarna was het een klein stukje min of meer horizontaal kruipen. En daar hield het op. Althans, zo leek het. Je moest je benen in een soort van schuine spleet steken, dan moest je min of meer horizontaal op je buik naar achteren schuiven, dan voorzichtig omlaag zakken, et cetera. Hoewel Akshay snel uit zicht verdween had ik onbewust besloten dat het onmogelijk was. Ik ging nog maar even terug naar de schoorsteen en naar boven, om een laatste hapje buitenlucht te nemen.

Bij de tweede poging bleek dat 't eigenlijk reuze meeviel. Onder de krappe spleet kwamen we in een ruime kamer waar we een stukje schuin naar beneden moesten klauteren. Dan zat er weer zo'n nauwe opening: een gat, met dit keer een heleboel niets eronder. Daar moesten we doorheen abseilen. Ach, 't viel allemaal reuze mee. Fractie passeren, nog een stuk abseilen, enz.

Uitzicht in de grot, zonder lamp
Intermezzo. In zo'n grot is het nogal donker, zie de impressie hiernaast. Lampjes zijn dus echt noodzakelijk. Een eenvoudig en goedkoop hoofdlampje van de Lidl voldoet al, maar ik daar neem ik natuurlijk geen genoegen mee. 't Is immers ook een kans om weer een gadget te kopen. Ik had dus een nieuwe Petzl Myo XP, “Power and long-lasting light”, met een Super Bright Led die in z'n Boost-mode 150 lumens heeft, en dan wel 97 meter ver komt. Maar ik werd ruimschoots afgetroefd door Paul, onze gids. Hij had een monster bij zich. Met zes van die Super Bright Leds heeft 'ie 350 lumens, waar 'ie wel 120 meter ver mee komt.

De laatste fractie
Drie of vier fracties verder, en zo'n 50 meter dieper, kwamen we in een grote kamer terecht. Daar verzamelden we. We waren al best wel lang bezig, want we moesten bij elke fractie wachten tot het touw vrij was. En we waren toch wel met veel mensen.

't Was een mooi moment voor een late lunchpauze. Daarbij ontdekten sommigen van ons dat breekbare koekjes niet bepaald handig speleo-voedsel is. Als je je steeds door nauwe openingen moet wurmen, dan verkruimelen die helemaal.

Na de pauze schakelden we van verticaal over op horizontaal. We gingen een stuk kruipen door gangen, afgewisseld met kleinere of iets minder kleine kamers. En we moesten door openingen kruipen, die eigenlijk niet zo mogen heten omdat het meer dicht dan open was. Wonder boven wonder kwam iedereen er toch doorheen. Aan het einde draaiden we om en gingen we terug naar de lunchroom. En vanuit daar langs het touw omhoog, met de stijgklemmen. Tenslotte door de laatste krappe schuine spleet. Ik besloot voor de lol om de nóg krappere variant te nemen. En zowaar, het lukte, en ik vond het nog leuk ook. Jammer genoeg stootte ik daarna, in het laatste stukje horizontaal kruipen, mijn knie keihard tegen de rots. Het werd me bijna nóg zwarter voor de ogen.

Eindelijk waren we weer in de frisse buitenlucht. Al met al waren we een hele tijd binnen geweest. Toen de laatste buiten was, was het al donker.

Het laatste probleem was de auto uit de modderpoel naar de weg zien te krijgen. Met hulp van een paar aanduwers lukte dat ook nog. Dan naar een restaurantje, en daarna gauw naar huis. Ik lag rond half twee eindelijk in bed. Moe maar voldaan. Ik had 't weer overleefd.

maandag 2 maart 2009

Weer ondergronds - I

Vorig jaar ben ik een weekendje ondergronds gegaan. En daar heb ik middels dit blog verslag van gedaan: zie deel 1, deel 2 en deel 3. Dit jaar zijn we weer ondergronds gegaan. En daar doe ik nu verslag van.

De bier-rekening
We vertrokken, net zoals vorig jaar, al op vrijdagavond naar België. En we logeerden, net zoals vorig jaar, in het kasteeltje van Jean Marie, bij Floreffe. Er waren, net zoals vorig jaar, prima Belgische biertjes in de koeling (dat wil zeggen, buiten bij de voordeur). En we moesten, net zoals vorig jaar, de doppen van de flesjes bewaren; toen we zondag vertrokken werd op basis daarvan de bier-rekening opgemaakt.

Floor had een gezelschapsspel meegenomen: ‘het kaartspel met de bel’. Iedereen gooit om de beurt een kaart op, met citroenen, bananen of andere vruchten. Als er in totaal precies vier dezelfde vruchten liggen dan moet je gauw een klap op de bel geven. Floor had veel te veel geoefend met de kinderen op z'n werk; hij was nauwelijks te verslaan.

Voor de speleologie hadden we dit jaar de keuze uit twee opties: net zoals vorig jaar twee grotten bezoeken, of zaterdag in de buitenlucht speleo-technieken oefenen en die zondag in een grot toepassen. Ik stemde voor de tweede optie, en gelukkig deed bijna iedereen dat.

Zo kwam het dat we zaterdag rond elf uur 's ochtends naar een voormalige steengroeve gingen. Die is helemaal ingericht om speleo-technieken te oefenen. We gingen in vol speleo-ornaat; ik had mijn regenpak aan, en mijn rubberen tuinlaarzen, mijn helm, en zelfs mijn hoofdlampje.

Traverse
We begonnen met een soort van klettersteig-traverse die eindigde met een abseil. Dat abseilen moest zonder prusik, want onder de grond worden de touwen zo modderig dat een prusik toch niks doet. 't Was gesneden koek voor de meesten, maar sommigen hadden er wel wat moeite mee - niet alle deelnemers waren ervaren klimmers.

Daarna liepen we om naar het hoogste punt van de groeve. Daar werd er een touw uitgehangen, tientallen meters recht naar beneden. We moesten abseilen. En we moesten een paar ‘fracties’ passeren. Een fractie is een plek waar het touw aan een oog in de muur vastzit. Dan moet je eerst je ‘life line’ vastmaken, en dan het achtje omhangen van het touw boven de fractie naar het touw onder de fractie.

Klaar om op te stijgen
Na het abseilen moesten we terug omhoog. Niet lopend ofzo, maar langs het touw. Nou heb ik wel eens met een paar prusik-touwtjes langs een touw omhoog geprusikt, en dat valt niet mee. Gelukkig gaat het met de hulp van een paar stijgklemmen veel makkelijker. Een stijgklem is een soort ventiel, maar dan voor touw: het touw kan er maar in één richting doorheen.

Bij het stijgen moet je natuurlijk ook weer die fracties passeren. En dan moet je niet de stijgklemmen helemaal omhoog tegen de knoop aan schuiven, want dan krijg je ze nauwelijks meer los. Meerdere mensen waren daarmee aan het prutsen. Ik dacht nog, wat een sufferds - tot het mezelf ook overkwam. :-(

Eigenlijk hebben we niet veel meer gedaan. Ja, ik heb nog eens geabseild en ik ben nog eens langs het touw omhoog gegaan. En we zijn nog gaan abseilen bij een grappig overhangend rotsje. Maar dat is eigenlijk allemaal meer van hetzelfde. Toch heb ook ik nog wel het een en ander geleerd. Die speleo's doen een aantal dingen net even anders dan klimmers.

Wordt vervolgd.

zondag 1 maart 2009

Zuinig aan

Januari was een dure maand. Een paar nieuwe bedden, een Wii, een nieuwe telefoon, een nieuwe bril. Allemaal strikt noodzakelijke uitgaven, natuurlijk, maar op die manier is het geld eerder op dan de maand. Dus ik had me voorgenomen om in februari geen dure dingen te kopen.

Dat is me helaas niet gelukt.

Petzl Myo XP
Het ging mis op vrijdag 20 februari. Dat weekend ging ik weer in grotten kruipen, en dan heb je een lampje nodig. Ik heb al een tijdje mijn Tikka XP, en daar ben ik in het algemeen heel tevreden over. Maar voor het speleo-weekend van een jaar geleden had ik voor de zekerheid maar wat extra lampjes gekocht. Zoals ik toen al voorspelde is één van die lampjes een paar maanden later in Laos achtergebleven. En ik was toch niet helemaal tevreden over het bereik van de Tikka XP onder de grond (de Icon van Black Diamond kwam overigens niet veel verder). Dus ik móest nu wel weer een nieuw lampje kopen. Het werd de Petzl Myo XP. Die komt volgens de gebruiksaanwijzing twee keer zo ver als de Tikka.

Wiimote
Op zaterdag de 28e, echt op de valreep, ging het weer mis. Philip was al een tijdje aan het zeuren dat ik een tweede Wiimote moest kopen. Dan konden we tegen elkaar karten. En ik wilde al een tijdje een oplader voor de Wiimote, want anders kost het een vermogen aan batterijtjes. Toen ik bij de Makro was, kwam ik zomaar, puur toevallig, bij de games-afdeling. En daar zag ik een Wiimote-oplader liggen. Die heb ik toen maar gekocht.

Maar de oplader kan twee Wiimotes tegelijk opladen. Tja, toen moest ik dus ook maar die tweede Wiimote kopen. Ik kon kiezen voor alleen maar een Wiimote of een Wiimote plus één of ander spelletje. De doos met Wiimote en spelletje kostte maar drie euro (exclusief btw) meer dan de doos met alleen maar de Wiimote. Da's geen geld voor een Wii-spelletje, dus de keus was duidelijk.

Ik heb het thuis meteen geprobeerd: Wii Kart met z'n tweeën. Maar Philip is uit logeren, en Lien is bij een vriendinnetje (als Lien er wel was dan had ik dit soort spul natuurlijk niet mogen kopen). Dus ik moest zelf twee karts tegelijk besturen. Nou, dat lukte me niet zo goed.

zaterdag 28 februari 2009

Stoute CV-ketel

Ik kwam donderdag thuis in een koud huis. Dat is niet ongebruikelijk als er verder niemand thuis is. Dus ik zette, zoals gewoonlijk, de thermostaat wat warmer. Maar een tijdje later viel het me op dat het nog steeds niet erg warm was. Het bleek dat de CV-ketel stilletjes stond te klagen: A05. Volgens de handleiding was er dan een spanningsdip in het net, of is de branderautomaat defect.

Eerst maar de standaard ingenieurs-EHBO-technieken toegepast: resetknopje indrukken, de spanning eraf en weer erop, een flinke klap geven. Het hielp allemaal niet. Nou, dan zal de branderautomaat wel stuk zijn. Dat is het doosje elektronica waarmee de ketel bestuurd wordt.

De ketel was ruim twee jaar geleden ook al kapot, en toen is die branderautomaat vervangen. Sindsdien zeurt 'ie af en toe over E18 - “de resetknop wordt ingedrukt”. Terwijl de resetknop dan helemaal niet wordt ingedrukt, en er ook niks mis is met de bedrading daarvan. Dus de branderautomaat was dan gewoon een beetje aan het zeuren. Een welgemikte klap op de buitenkant van de ketel verhielp het probleem altijd.

Het huidige probleem lijkt ernstiger. Wat nu? Repareren of meteen een nieuwe ketel kopen? Die reparatie van twee jaar geleden kostte een boel geld. Een nieuwe ketel is ook niet goedkoop (hoewel ik dan wel een mooie smoes heb om er een zonneboiler bij te kopen). Twijfel, twijfel. Nou, ik ga er toch eerst zelf maar eens naar kijken. Maar daar heb ik zaterdag pas tijd voor.

Twee dagen gaan voorbij.

't Is nu zaterdag, en nu pas heb ik tijd om weer aandacht aan de ketel te schenken. In de tussentijd hield de ketel stug A05 vol. Zuchtend haal ik de spanning eraf en schroef ik de ketel open. Ik kijk de branderautomaat verwijtend aan. Alle stekkertjes zitten goed vast, alle draadjes lijken in orde, er is niks raars te zien. Ik doe de spanning er maar weer eens op. Hee, dat is raar - hij doet het gewoon! Het vuurtje gaat aan, de temperatuur stijgt. De A05 is en blijft weg. Hoera! Het oog van de meester maakt het paard vet, zullen we maar zeggen.

Helaas, even later komt de E18 weer eens terug. Dat accepteer ik niet. Ik ga over op lijfstraffen. Pats! Schud! Rammelen aan z'n draadjes! Dat zal de branderautomaat leren! Mokkend gaat 'ie overstag. De E18 is weg, en blijft voorlopig weg. Alleen durf ik nu niet meer de buitenkant van de ketel erop te schroeven.

Misschien begeeft 'ie het straks weer. Maar binnenkort is het lente, het wordt weer warmer buiten, dus een werkende verwarming wordt wat minder urgent. En af en toe een koude douche overleven we ook wel. Zo hebben we even tijd om te sparen voor een nieuwe ketel.

Overigens prijs ik mezelf gelukkig. 't Lijkt me een stuk erger als de verwarming vlak voor de winter uitvalt, en na vele reparaties pas ruim een maand later weer goed werkt.

vrijdag 27 februari 2009

Vol ongeduld...

Vorig jaar augustus hield mijn Saab ermee op. Al gauw besloot ik een Prius te leasen, en dat vertelde ik begin september aan mijn werkgever. Dat veroorzaakte een offerte-gebeuren dat tot november duurde.

Medio november kreeg ik een mysterieus mailtje. Van een mij onbekende dame. Het subject was niet meer dan een rijtje cijfers: 112645. De enige inhoud was een attachement: 00012339.doc. Normaliter verdwijnen dat soort mailtjes direct in de spambak, maar deze was in mijn inbox terecht gekomen.

Het email-adres van de afzender eindigde op @century.nl. Dat is de lease-maatschappij. Het Word-document bleek een bevesting te zijn dat de auto besteld was. Joepie! Bij een dealer in Groningen. Pff, kon 't niet nog verder weg? En de verwachte afleverdatum was 1 maart. Grmbl, nog drie en een halve maand wachten.

Zo ziet 'ie er uit
(foto overgenomen van www.toyota.nl)


Begin februari ging ik maar eens bellen met de dealer. 't Bleek dat de auto op de 25e verwacht werd. Plus vier dagen voor de formaliteiten en het poetsen. Dan kon ik 'm inderdaad begin maart ophalen. Ik gaf ze mijn telefoonnummer, zodat ze me konden bellen zodra de auto er is.

Het werd 25 februari. Geen telefoontje. Het werd 26 februari. Geen telefoontje. Vol ongeduld belde ik op 27 februari zelf maar weer eens. Wat bleek? De auto is er nog niet! Aargh! Hij wordt nu begin volgende week verwacht. En ik was al de dagen aan het aftellen… :-(

donderdag 26 februari 2009

De kredietkrisis is voorbij

Trouwe lezertjes van dit blog hadden het vast al eens gezien: advertenties. Ik verhuur onder meer de ruimte tussen de artikeltjes van dit blog aan Google. Die zet daar advertenties neer. Elke keer dat iemand dan op zo'n advertentie klikt, betaalt de adverteerder wat aan Google. En ik krijg een deel van de opbrengst.

Sinds enige tijd verhuur ik ook ruimte in de RSS-feed van dit blog. Helaas moet ik toegeven dat dat nog niet zo winstgevend is. Er heeft werkelijk nog nooit iemand op een advertentie in de RSS-feed geklikt.

Ondertussen stromen de dollars binnen. Sinds mei 2007 heb ik al ruim vijf dollar verdiend. Ik moet nog wel even op mijn geld wachten, want ze betalen pas uit als ik bij de 100 dollar ben. Ik hoop maar dat de koers van de dollar niet al te ver wegzakt.

Adsense inkomsten


Het begon eigenlijk pas in 2008 een beetje te lopen. Zo verdiende ik in juni maar liefst $1,25 en in september $0,80. Maar toen barstte de kredietkrisis in volle omvang los. Mijn inkomsten liepen snel terug. In december was 't nog maar $0,08 en in januari helemaal niks meer.

Gelukkig kan ik nu vaststellen dat de kredietkrisis voorbij is. In februari heb ik alweer $0,36 verdiend - en februari is nog niet eens afgelopen!

vrijdag 20 februari 2009

Googlephone, deel 3: Google Accounts

Mijn nieuwe telefoon, de T-Mobile G1, werd bezorgd op een vrijdag. Dat is de dag dat ik altijd ga klimmen. Ik kon dus pas daarna uitgebreid met mijn nieuwe speeltje aan de slag. Of eigenlijk niet eens zozeer met de telefoon, maar met mijn Google-accounts. De telefoon is namelijk gekoppeld aan een Google-account. Die koppeling is zo sterk, dat het zo ongeveer het eerste is wat je moet (ja, moet) instellen als je de telefoon voor het eerst aanzet. En dat was meteen het punt waar ik een belangrijke keuze moest maken: welk account gebruik ik?



Het probleem is dat ik twee Google-accounts heb die ik aktief gebruik. Het ene is een regulier Google-account, dat ik heb omdat ik al jaren een gewoon gmail-adres heb. Het andere is een Google Apps-account, dat ik heb omdat ik Google Apps op het rijstveld-domein gebruik.

Het gmail-account was er het eerste. Ik heb daar dan ook een heleboel email verzameld. Pas later kwam het rijstveld-account. Ik wilde toen helemaal over gaan op dat account, inclusief het email-adres. Maar ik wilde mijn verzamelde gmailtjes niet kwijt. Dus toen ik naar het rijstveld overging besloot ik om het gmail-account voor de opslag van de email te blijven gebruiken. De meeste email kwam binnen op het rijstveld-adres; die liet ik automatisch doorsturen naar mijn gmail-account.

En nu moest ik dus kiezen: gebruik ik voor mijn G1 het oude gmail-account, of het rijstveld-account? Ik koos voor het rijstveld-account. Maar ik wilde wel alle oude email via de telefoon kunnen bekijken. Dat betekende dat ik de alle email die ik in het gmail-account bewaarde moest overzetten naar het rijstveld-account. Zo'n 800 megabyte. Dat lukte me door eerst met Thunderbird, via IMAP, alle gmail op te halen; daarna kon ik de Google Email Uploader gebruiken om het in mijn rijstveld-mailbox te krijgen. Maar toen stond een groot deel van de email dubbel in de rijstveld-mailbox, want ik stuurde immers al een tijdje alle email door van rijstveld naar gmail. Dus dat moest ik ook nog opruimen. Het werd diep in de nacht. Maar nu ben ik helemaal over. De weinige email die nog op het gmail-adres binnenkomt wordt nu automatisch doorgestuurd naar het rijstveld.

Vervolgens realiseerde ik me dat ik het gmail-adresboek ook nog moest overnemen naar het rijstveld-account. Ook dat lukte niet zonder slag of stoot. De adresboek-exportfunctie deed het niet. Dat kon ik gelukkig oplossen door de ‘older version’ van het gmail-webinterface in te stellen. Dan samenvoegen met het adresboek van rijstveld, weer ontdubbelen… Zo gaat de tijd wel snel.

Wordt vervolgd.

donderdag 19 februari 2009

Googlephone, deel 2: Het pakje

Eindelijk, ik had mijn nieuwe telefoon! Dat wil zeggen, ik had een pakje.

Het pakje


Maar wat zat er eigenlijk in het pakje?

Pakje in een pakje


Er zat een pakje in het pakje. En een hoeveelheid verpakte lucht.

Bijna…


Na het verwijderen van het T-Mobile-karton kwam er een zwart pakje tevoorschijn. Met daarin…

Dat is 'm!


Hehe, eindelijk. De telefoon. En een acht gigabyte geheugenkaartje, dat ze er wat nonchalant bijgedaan hadden. In de telefoon bleek al een twee gigabyte kaartje te zitten, dus nu heb ik er eentje over.

Complete inhoud


Er zat natuurlijk nog meer in de verpakking: accu, oplader, USB-kabel, handsfree-setje, hoesje, schoonmaakdoekje, beschermvelletje, stickervellen en handleidingen en dergelijke. De uitgebreide handleiding stond niet op papier maar wel op CD-rom, en bleek ook nog een keer op het geheugenkaartje te staan.

Close up


De telefoon heeft aan de buitenkant een paar knopjes en een groot touch screen. En er zit een echt qwerty-toetsenbord in.

Wordt vervolgd.